zondag 20 januari 2019

De grote eigentijdse taak van de politieke partij


Bij enkele reacties op mijn nieuwe boek ‘Actief socialisme’ proef ik – net als bij mijn voorgaande boek ‘Het speelveld van de vrijheid’ – enige teleurstelling dat ik niet kom met een sprankelend utopisch democratisch alternatief als oplossing voor de crisis van de Westerse politiek.
      De tijdgeest fluistert in dat alles anders zou moeten, geen parlementen, alle bureaucratie terzijde, geen verwachtingen meer van de klassieke partijen, maar keuzes voor allerlei nieuwe vormen van democratie, volksraadplegingen, burgerinitiatieven, veel referenda, wijkraden, panels, lukraak gelote beslissende burgers en noem het maar op.
      Dit failliet-verklaren, aangemoedigd door sommige media en journalisten, heeft echter een valse bijklank. Wil men wel echt iets aansprekend nieuws en werkelijke sociale veranderingen of slechts de magere verkoopcijfers van de kranten opschroeven en zichzelf in beeld brengen? Betrokkenheid of discussie om de discussie?

Hierbij moet ik denken aan Friedrich Nietzsches (1844-1900) boek ‘Oneigentijdse beschouwingen’. Deze door hem zelf gekozen titel getuigt treffend van zelfbewustzijn, al ben ik het met een deel van deze ‘beschouwingen’ inhoudelijk lang niet eens. De titel is echter frappant. Wat oneigentijds oogt en soms kritiek krijgt of genegeerd wordt, kan juist de kern der dingen bevatten. En dat dit voor het hele tijdsbeeld een onaangename boodschap bevat.
      ‘Het is toch niet van deze tijd!’, roept men dan. Maar dat je ‘niet van deze tijd’ bent, kan ook in een erkenning uitmonden in of na een tijd van chaos en vervlakking.

De utopie kan een belangrijke functie vervullen. Ik geloof wel in de utopie (zie hoofdstuk 12 van ‘Actief socialisme’). En ook in wijkinitiatieven, nieuwe en afwijkende vormen van democratische participatie, medezeggenschap, het meedoen van ongeorganiseerde actieve burgers, enzovoorts. Maar als het om structurele democratische machtsvorming gaat schieten al die vormen heel vaak danig tekort.
    Ik heb hier zelf de nodige ervaring mee in een aandachtswijk in Groningen. Een periode van fantastisch veel directe participatie, maar toen de gemeente haar beleid veranderde en ook nog enkele actieve mensen iets anders gingen doen, was het allemaal zo weer verdwenen en kon men opnieuw beginnen, met ook nog veel minder middelen dan daarvoor.
    Dan blijkt als zo vaak weer: de twee gebreken ‘gebrek aan macht en aan te weinig continuïteit’ zijn beslissende factoren van echte democratie. En vrijwel al die (zogenaamd) nieuwe vormen van basale en spontane democratie missen een idee van werkelijke continuïteit. Geld voor een project in een wijk is er zo, de garantie dat je (bijvoorbeeld) meer dan 25 jaar echt wat te vertellen hebt als bewoners krijg je er echter niet bij. Vooraf de mooie woorden, achteraf ‘Het was maar een experiment’.

Dan heb je nog de mogelijkheden van de sociale media, die werkelijk alle aspecten van de heersende tijdgeest onthullen, ook de meest tegenstrijdige. Je kunt er massa’s mee mobiliseren, er echter geen sterke stabiele macht mee vormen. Althans, dat gaat zo maar niet, dus het spontane is er al gauw van af. Zie de Arabische Lente, zie Occupy, zie het referendum over de Oekraïne, en hoe loopt het nu af met de Gele Hesjes?
      Je kunt veel losmaken, dus zeker sterk bijdragen aan verandering, maar machtvorming vraagt altijd weer om organisatie. Losmaken, communiceren, ideeën vormen, het zijn belangrijke functies, maar ze beklijven niet makkelijk. Daarom is en blijft de politieke organisatie nodig.

Mijn boek oordeelt beslist niet negatief over de veelvormigheid van de politieke actie. In tegendeel wordt steeds ook geduid op actiecomités, actieve personen, groepen, maatschappelijke organisaties enzovoorts, niet alleen op politieke partijen. Maar in de politiek moet ten slotte georganiseerd worden, om een sociale democratische macht te vormen, die werkelijk sterke veranderingen door kan voeren.
    Samenwerken is urgent, om macht te vormen. Partijen opheffen, laten samengaan enzovoorts kan altijd nog, dat heeft geen enkele haast. En dat er nog weer nieuwe verbanden of partijen ontstaan hoeft ook niet bij voorbaat afgewezen te worden. Er is niet één vorm helemaal bepalend, hoe vaak een journalist daar ook naar kan vragen.

Toen ik in mijn jeugd zelf actief werd en onder meer lid van de PSP (Pacifistisch Socialistische Partij), werd korte tijd erna in Groningen de Eemshaven geopend. De PSP deed op twee manieren mee. Een delegatie zat op de officiële feestvierende openingsboot. Lang leve de Eemshaven! Daarachter tufte een boos bootje met actievoerende milieuactivisten, inclusief de PSP, dus met andere leden van dezelfde partij. Weg met de Eemshaven! Kortom, men vocht niet eerst zelf uit wat het beste standpunt was, maar ging doodleuk tegen elkaar actievoeren. Het schoot niet echt op.
    Van dergelijke interne wankelmoedigheden bestaan er natuurlijk wel meer voorbeelden. Wankelmoedigheid of verdeeldheid op een bepaald punt is niet verkeerd, maar moet in de politiek wel tot iets leiden, en liefst tot een slimme oplossing.
      Mijn conclusie toentertijd was, dat er veel meer eenheid in politiek handelen nodig én mogelijk was. Zulke gebeurtenissen leidden ertoe dat ik graag uitdraag dat heel uiteenlopende meningen prima zijn en je die natuurlijk mag houden en uitdragen, maar je ook moet opkomen voor een gezamenlijk standpunt op de sociale politieke hoofdzaken. Op zo´n manier dat je ermee vooruit kan.
      Het is veel te makkelijk alleen maar te zeggen dat ‘iedereen nu eenmaal een eigen mening’ heeft. Dat is namelijk een open deur die verdoezelt dat er juist verschillende meningen nodig zijn om samen verder vooruit te komen. Ja, die tijdgeest…

Het boek ‘Actief socialisme’ kent als opbouw: eerst negen filosofische hoofdstukken over politieke machtsvorming en de balans van machten, dan nogmaals negen hoofdstukken, met een beschouwing over politieke organisatie. Over het fundament ervan, niet over de details, want die moeten organisaties nu eenmaal zelf formuleren.
      Daarin is een grote verantwoordelijkheid weggelegd voor de linkse politieke partijen, die een organisatie hebben die samenwerkingsvormen mogelijk maakt.

In zekere zin moet elke beschouwing die ertoe doet ook een beetje ‘oneigentijds’ zijn. Als je alleen de (bestaande) kranten zou volgen, komt van sociale verandering niets terecht. Daarom pleit ik voor een kritische sociale macht, opgebouwd door partijen, groepen, comités en personen, die krachten bundelen.
      En voor de partijen noem ik ‘de driepoot’ (zie hoofdstuk 10), die aangeeft dat je zowel praktisch als gefundeerd heel actief moet zijn en consequent moet handelen. Zorgen dat de politiek een basis heeft, een fundament.

Spelen de sociale media dan geen grote rol? Jawel, een mobiliserende rol bijvoorbeeld, maar minder vaak een inhoudelijk democratische en organiserende rol. De sociale media verbinden niet alleen, maar verdelen ook, zetten mensen tegen elkaar op. Facebook kan mobiliseren, maar moeilijk een duurzame macht opbouwen. Twitter kan de wereld in brand zetten, maar geen brand blussen.





Genoemde boeken:
- Friedrich Nietzsche, Oneigentijdse beschouwingen, 2e druk, Uitgeverij De Arbeiderspers, Amsterdam, Antwerpen 2008. Oorspronkelijk geschreven van 1873-1876.
- Jasper Schaaf, Actief Socialisme en vrijheid, Pleidooi voor hechtere linkse samenwerking, Eindhoven 2018

















woensdag 16 januari 2019

De onwaarheid in pacht (Nashville-verklaring)


Er zijn moslims die menen dat ze Allah een handje moeten helpen. Ze doden vermeende ongelovigen. Vreemd dat te menen. De almachtige God kan toch niet gediend zijn van een dergelijk hulp. Wordt zijn almacht betwist, zijn er mensen die het beter weten? Godsdienstig begrepen kan dit toch niet waar zijn.

Er zijn christenen die menen God een handje te moeten helpen. Ze menen dat er schepsels zijn die toch niet helemaal naar het beeld van God geschapen zijn. Die vertegenwoordigen een ander beeld en dat dient bestreden te worden. In naam van de naastenliefde wellicht, maar eentje die de almacht en vooral de alomvattende wijsheid en het mededogen van God ontkent.
      Er spelen hier opvattingen die strikt genomen het geloof ontkennen en God kleineren, ondanks de aansprak op waarheid. Ze vallen buiten de waarheid, dus is het extreem. Hoe kun je nu een vergissing van een God corrigeren? Wat een ijdelheid. Pas maar op voor de wrekende God.

Volgens de filosoof Ludwig Feuerbach (1804-1872) schept de mens God - en elke Godheid – naar zijn eigen beeld. Dat (zelf)beeld van de mens ontpopt zich al te vaak als angst en morele eenzaamheid die schreeuwen om verlossing. Immers, waarom zou dat beeld anders moeten verdwijnen? Wat is er mis aan een beeld dat het jouwe niet is?
    Wat de genoemde christenen niet zien, is dat dit beeld – ook binnen Feuerbachs antropologische verklaring –, zich ook heel anders kan manifesteren. Als tolerantie of solidariteit bijvoorbeeld. Of als een oneindige en eeuwige veelzijdigheid waar elke lesbienne, transgender en alle andere personen royaal binnen passen. Zo oneindig veelvormig dat zelfs het begrip identiteit alras wordt vergeten.

Het brengt ons bij de vraag of bovengenoemde onwaarheden getolereerd kunnen (of moeten) worden. Dat is lastig, onwaarheden roepen altijd correcties op, maar het duurt wel heel lang ….
    Concreter kun je onschadelijke illusies onderscheiden van fouten, daden en ideeën die anderen in hun seksuele en maatschappelijke hoedanigheden verstoten, kwetsen, misvormen, aangrijpen of zelfs met de dood bedreigen. Dan stuit je op een grens, neen je gaat er al overheen.
      Dan blijkt de seculiere maatschappij – hoe kwetsbaar vaak nog – gelukkig toch verder gevorderd dan de drogreden. Dan is het humaan bezien noodzakelijk om de onhumane opvattingen, die persoonlijke en maatschappelijke schade veroorzaken, te bestrijden. Bijvoorbeeld in het onderwijs en op het voetbalveld.

Resteert echter nog de grootste lastigheid: als de angst zo groot wordt, dat iedereen nu in de valkuil van de onwaarheid valt? En dan dus ‘democratisch’ de meerderheid krijgt?
      Dan resteert strijd, zoals vaker in de geschiedenis, die zo humaan mogelijk gevoerd moet worden. Want democratie vraagt om humaniteit, vice versa. Vorm en inhoud moeten samenvallen, harmoniëren. Dat is helaas lang niet altijd het geval. Wat een opgave!

Politiek liggen er inderdaad lastige opgaven. In mijn boek ‘Godsdienstkritiek, respect en actieve tolerantie’ kun je lezen: ‘Moeten oproepen tot geweld en haat of discriminerende uitspraken verboden zijn? Ja, want dergelijke oproepen staan haaks op de grondwet en de intenties van de verdere wetgeving, waarin dramatische historische ervaringen zijn verwerkt. Het is een teken van beschaving dat de mensheid leert van ervaringen als pogroms, de Holocaust en vervolgingen vanwege seksuele geaardheid, en dus ook daadwerkelijk wat doet met deze ervaringen.’ (pag. 100)
      Waarmee ik in dit boek overigens niet de weg insla van een pleidooi voor een reeks van verboden, want dat is vaak niet de beste weg.

God en Allah een handje helpen, is dat het ware geloof? De almachtige God kan dit zelf toch veel beter? Vreemde aandrang van de gelovige om uit te willen voeren wat bij God hoort. Een drastische en vervreemdende toe-eigening. Waarom bestaat toch die neiging te willen corrigeren wat God zelf niet corrigeert?
      Het vraagt om opheldering. Maar ook: er bestaan vergelijkbare seculiere vormen van uitsluiting. Die vervreemding moet ook worden gezien en even resoluut worden bestreden door het rationele woord hiertegen.

Je bent er nog lang niet wanneer je na de Nashville-verklaring sommige christenen de maat neemt. De religieuze uitsluiting heeft namelijk ook een basis in de sociaalpsychologische en maatschappelijke (machts- en arbeids-) verhoudingen. De wereld die te groot werd en weer ingedeeld moet worden in behapbare brokken.
      Het is en blijft een vorm van vervreemding, de onmacht met haar verwrongen beelden.






Boek: Jasper Schaaf, Godsdienstkritiek, respect en actieve tolerantie, Feuerbach herlezen, Uitgeverij Damon, Budel 2010, ISBN 978 90 5573 994 3.
Te bestellen in de boekhandel, bij de uitgever en bij de auteur. Zie ook: www.jasperschaaf.nl

















zaterdag 12 januari 2019

Gas versus het fundamentele recht op veiligheid


Gas bepaalt het drama in Groningen. De aardbevingen, de onzekerheid. De verwoesting van woningen en kerken, de psychische verwoesting bij mensen die volstrekt onmachtig waren toen zij door de bevingen werden getroffen. En nog altijd wachten op herstel en veiligheid.
    Minister Wiebes heeft pas weer over de hoogte van de gaswinning besloten. Tegen dit besluit kunnen mensen, zowel overheden als burgers, in beroep gaan. Dat ook burgers dat doen in belangrijk. Heel Groningen lijdt en strijdt. Die strijd moet gewonnen worden. Waar dit nog kan. Ook wij (mijn partner en ik) hebben bezwaar aangetekend bij de Raad van State.

Minister Wiebes moet de hoogte van de gaswinning afwegen tegen de belangen van de mensen die in Groningen wonen. Hij doet dat verkeerd. Uiteindelijk zijn in zijn visie de bewoners de sluitpost. Voor nog heel wat jaren. Het is een foute afweging.
    Hieronder kun je kennisnemen van enkele passages uit ons beroepschrift, het begin en het eind:

Leveringszekerheid gaat voor alles bij minister Wiebes.
      ‘Het uitgangspunt voor de gaswinning voor de komende jaren is om niet meer gas uit het Groningenveld te winnen dan noodzakelijk is voor de leveringszekerheid’ – deze zin op de eerste pagina van het instemmingsbesluit maakt de keus van de minister duidelijk: leveringszekerheid gaat vóór alles. Uitgangspunt is niet de veiligheid van de inwoners, of de leefbaarheid in het gaswinningsgebied. In het besluit wordt gesproken over veiligheid, schadeherstel en versterking, maar leidend in de motivering is en blijft dat er geproduceerd wordt ‘zoveel als nodig is’.

Aan het eind ons verzoek aan de Raad van State om het instemmingsbesluit van minister Wiebes te vernietigen:

      In Groningen en een deel van Drenthe worden we nu al jaren geconfronteerd met aardbevingen en bodemdaling die het gevolg zijn van de gaswinning. Het voorliggende besluit biedt geen zicht op verbetering voor de komende jaren. We verwachten van de overheid dat ze bescherming biedt van de fundamentele grondrechten. In dit verband betekent dit: leven zonder in levensgevaarlijke situaties te komen, zonder gewond te raken, gezondheidsschade op te lopen of materiële schade te lijden als gevolg van aardgaswinning. Wij willen ons veilig voelen en erop te kunnen vertrouwen dat de overheid onze belangen op korte en lange termijn beschermt. Daarbij behoren ook gezondheid, leefbaarheid, bescherming van eigendom, behoud van cultuurhistorische en natuurlijke waarden en een positief toekomstperspectief.
      Dat betekent in onze ogen dat de gaswinning, conform het zwaarwegende advies van het Staatstoezicht op de Mijnen, al veel sneller naar 12 miljard omlaag dient te worden gebracht. Het is ons inziens onverantwoord en onaanvaardbaar dat de gaswinning in 2018-2019 en ook nog tot 2022 op een zo hoog niveau zou blijven. Een forse ingreep is nodig om ons weer veiligheid en perspectief te bieden en de kans op schade sterk te verlagen. In de besluitvorming moeten een eerlijke, transparante afweging van belangen wordt gemaakt, waarbij de gevolgen die de gaswinning voor de mensen en het gebied heeft volledig worden meegewogen en niet langer onderschikt zijn aan leveringszekerheid.
    We vragen u dan ook om het instemmingsbesluit te vernietigen. En de minister aan te sporen tot snellere, concretere stappen om tot reductie van de gaswinning te komen. Dat dit gasjaar op het moment dat u zich uitspreekt al deels voorbij is, is ons inziens geen reden om toe te staan een ondeugdelijk besluit te handhaven. Een beslissing met zulke vérstrekkende gevolgen, vraagt om een grondige, principiële beoordeling.


Tot zover een stukje uit ons beroepschrift. Uiteraard strijden burgers niet alleen. Samen met de Groninger Bodembeweging, met het Groninger Gasberaad, met de SP, GroenLinks, PvdA, Milieudefensie, de FNV en vele anderen. De Raad van State gaf ons eerder gelijk. Het is een facet van de strijd die breder is, maar geen onbelangrijke!



Meer informatie bijvoorbeeld op de website van de Groninger Bodembeweging
https://www.groninger-bodem-beweging.nl/
























zondag 6 januari 2019

Knip de grootschaligheid in stukjes!


Wat is de beste schaalgrootte? Van wat? De roep om kleinschaligheid is de laatste tijd niet altijd even sterk geweest. Schaalvergroting alom. Wat is globalisering anders dan kapitalistische schaalvergroting en de intensivering daarvan?
    Pas verscheen een rapport over gemeentelijke herindelingen, die ook neerkomen op schaalvergroting. Conclusie is dat de burger daar vaak niet meer waar voor zijn (belasting)geld door krijgt. Terwijl er soms wel sprake is van een grotere bestuurlijke afstandelijkheid en onbereikbaarheid.
      De juiste schaal voor specifieke vraagstukken is niet altijd makkelijk te bedenken of berekenen, zeker als ook alledaagse ervaringen en gevoelens meetellen. Dat een grotere schaal altijd winst is, is een illusie.

Over schaalgrootte valt veel te zeggen met betrekking tot werk & werken, bedrijvigheid, mondiale onbeheersbare concerns, de goede of slechte schaal van allerlei dingen, en dan nog de milieukwesties. Een grote aanpak is niet altijd goed, maar soms nodig. Of liever, vaak is een slimme mix van grotere doelen en een passende (kleinere) aanpak de betere oplossing.
      Opdelen kan gezond zijn. Waarom de grote ICT-sector die sowieso mondiale trekken behoudt óók niet opdelen om deze meer sociaal en democratisch beheersbaar te houden? Als dit al kan. De grote invloeden spelen altijd mee, te land, ter zee en in de lucht.

Ja, ook op zee. In de nacht van 1 op 2 januari verliest de megacontainerbak ‘MSC Zoe’ vlak voor de Nederlandse kust containers. Niet een paar, maar 277. Een drama voor de natuur waarin waarschijnlijk ook na het opruimen een massa plastics overblijft, zeer schadelijk voor vissen en vogels.
    Kunnen die boten niet wat kleiner? Hoe meer erop kan des te efficiënter, zal de redenering zijn geweest. Kassa. Vier jaar geleden was dit nog het grootste containerschip ter wereld, nu zijn er al weer 63 die groter zijn. Megalomaan, groot, groter, het grootst.
    Houd ze liever klein, knip de grootschaligheid in stukjes, lijkt hier het beste motto. Kleinere schepen kunnen minder hoge golven hebben en lopen dus ook risico? Maar dan liggen er niet opeens zoveel containers in het water.

Tal van vraagstukken vereisen goed nadenken over de juiste schaalgrootte. Houdt het beheersbaar en controleerbaar, ook de arbeid op een passende en werkbare schaal. Dat is democratisch, ecologisch en economisch noodzakelijk.
    Toevallig – nou ja … – waren wij op Schiermonnikoog toen dit gebeurde. Zo ligt er niets, even lijkt het maar een beetje, en dan ligt er opeens een grote massa troep.
      2019, nu al een jaar dat vraagt om na te denken!
















dinsdag 1 januari 2019

Klimaat, ongelijkheid, 2019


Welkom in 2019. Met de opwarming van de aarde als tikkende tijdbom. Werk aan de winkel! Het getik wordt nu wel gehoord. Maakt dat het makkelijker?
    Het is een oude politieke truc: erkennen dat het anders moet, en dan afleiden, bagatelliseren, en vooral de taal & logica van de ‘tegenstander’ overnemen. Eerst werden de gevolgen van de opwarming niet gezien, ontkend, het zou wetenschappelijk niet bewezen zijn. Dat durven weinigen nog te zeggen. Maar bagatelliseren kan nog wel, je hoeft niet in paniek te raken, het duurt allemaal nog een poosje. Toch?
    Een poosje, klinkt bijna alsof het zo maar terug kan. Beter is luidkeels en overal, én zakelijk en goed onderbouwd te stellen dat er inderdaad veel werk aan de winkel is. En er wel haast bij is, desnoods voor tijdelijke noodmaatregelen. En misschien bepaalde luxe voor kortere of langere tijd verminderd zal worden.

Er is nog geen ‘klimaatakkoord’, ja inderdaad zo ziet vertraging eruit, het traineren, het kijken naar de anderen. Wegkijken, terwijl je doet alsof je meedoet. De woorden gebruiken, maar de daden achterwege laten.
      Het bedrijfsleven wil geen klimaatheffing. Terwijl hoognodig alle middelen moeten worden ingezet. Niet alleen vanwege de opwarming. De biodiversiteit ‘redden’, de vervuilingen aanpakken, de ruimte die de natuur biedt ze groot mogelijk houden. Laten zien hoe belangrijk dat is, veel varianten in de natuurlijke ontwikkeling mogelijk maken en dat zo houden.
      Dus de strijd aangaan waar dat nodig is, met juridische middelen, zo nodig massa-acties. En nog veel meer doen, met onderwijs hierover, theater, zang en discussie.

Wat te doen? Welke ingrediënten? En de kosten ervan? Natuurlijk, de bedrijven ‘mochten’ jarenlang vervuilen, zij hielden zich aan de regels. Nou ja, zij bepaalden die vooral zelf. Dat moet nu anders, de staat, de overheid, overheden, ook in groter verband, moeten stevig de regie nemen. Nieuwe regels en actie waar nodig.
    Verhoog de lonen, én laat tegelijk wie het betalen kan betalen. Waar het kapitaal zit, in bedrijven, banken en de grote vermogens, laat ze betalen. Bovendien goed opletten bij termen als transitie en klimaatrechtvaardigheid, voor je het weet worden dergelijke slogans gekaapt.
      Uitstel van actie is echter zeker onrechtvaardig, want dan zijn de komende generaties de dupe. Daarvoor bestaat geen rechtvaardiging.

Klimaattafels en ander klimaatmeubilair? Zorg liever voor een permanent democratisch proces. Niet eerst de plannen en het volk in angstige afwachting laten wat die als burger geacht wordt te doen. Van meet af aan heldere hooggestemde doelen, en óók van meet af aan de mensen daarbij betrekken. Niet beloven wat irreëel is, wel laten zien wat echt nodig is.
      Ook hier telt bestaande ongelijkheid. Ongelijkheid betekent niet alleen dat de een meer macht en middelen heeft dan de ander, dan een bedrijf, overheid of persoon. Ongelijkheid betekent ook dat niet ieder eraan te pas komt als het gaat om moeilijke maatregelen. De politiek moet de regie nemen, maar er kan tegelijk veel meer gezamenlijk worden besproken en besloten dan vaak wordt gesuggereerd.

Daarbij telt ook: niet de verantwoordelijkheden over de schutting kieperen. De gemeenten en de burgers, natuurlijk moeten die niet stilzitten, maar zij kunnen niet alle lasten dragen wanneer veel grotere acties nodig zijn, zoals sluiting van vervuilende centrales of het niet langer door laten gaan van de productie van vervuilende auto’s. Er is visie nodig op de schaalniveaus en verantwoordelijkheidsniveaus waarop iets speelt en hoe daarover kan worden beslist. En ook die visies moeten aan democratische processen worden onderworpen. Als dat goed gebeurt lopen de processen niet langzamer, maar eerder sneller.
    Windmolens zijn zo’n punt waar zoveel tegenstrijdige belangen en visies bestaan, dat een veelzijdig en gelaagd proces nodig is. Wetenschappelijk biologisch en technologisch én met betrokkenen, zowel als het gaat om de zee, om het land en om de lucht natuurlijk. Houdt daarbij rekening met de noodzaak van omkeerbaarheid van maatregelen. Een zonnepaneel kan weer worden opgeruimd, maar geldt dit voor alles?

Communicatie. Wordt bij beleid niet vaak gezegd dat alles draait om communicatie? Laat ook zien dat biodiversiteit vaak iets moois is, dat het waarde heeft, dat ontwikkelingen ruimte moeten krijgen. Laat bovendien zien dat het niet alleen om kosten gaat, maar ook om baten. Er is een wereld te winnen, terwijl nu de zorgen, te grote passiviteit en zelfs machtspolitiek dreigen te overwinnen.
    Kan in een kapitalistische wereld het klimaat, de aarde worden gered? Dat is maar zeer de vraag. De ideologie telt ook, de logica van het eigen gelijk en het ongelijk. Zo ook de ethiek van het ingrijpen, is dat sociaal of slechts persoonlijk gericht? Waar je ook staat, laat die positie zien, bepaal wat je kunt en moet doen en wat niet. Als bedrijven niet mee willen bewegen, of traineren, mogen en moeten ze worden aangepakt.

Er zijn tal van manieren om te beperkte verhalen groter en helderder te maken. Een sterkere overheid en een omkering van de deregulering zal nodig zijn. Maar wie het daar mee oneens is kan laten zien dat dit niet zo is. Toon dat dan aan door voorop te lopen, door verantwoordelijkheid te nemen en met goede resultaten voor de dag te komen.
    Het is niet erg te laten zien dat de groeiende financiële en sociale ongelijkheid een rem is op een positieve ontwikkeling en op oplossingen voor ecologische bedreigingen. Dat maakt de politiek niet eenvoudiger, maar wel urgenter.
      Doen wat er gedaan moet worden. De natuur, de zwaar bedreigde biodiversiteit en de opwarming laten de urgentie zien. Welke mix van machten en belangen de overhand ook krijgt de komende tijd, stilzitten is geen optie.

Er bestaat door de grote schaal van de klimaatproblemen een enorme spanning tussen een permanent, sterk basaal democratisch proces en de noodzaak een sterke politieke regie te voeren die leidt tot spoedige daadwerkelijke resultaten.
      Maar dat is niet erg, je hoeft niet in zo’n spanningsveld rond te blijven dolen. Tijdig starten en grondig de consequenties van keuzes en te verwachten processen laten zien kunnen heel veel oplossen.

Mensen willen wel meedenken en zelfs onaantrekkelijke keuzes maken, maar blijven dat alleen doen als ze in elke fase ook serieus genomen worden en er nooit relevante informatie wordt achtergehouden. Ingewikkeldheden kunnen goed worden uitgelegd en besproken.
      Bovendien, van de andere kant bezien, er bestaan zoveel mogelijkheden. Bijna niets verandert zonder ingrijpen, handelen en strijd. Maar soms door bewust niets te doen. Welkom in 2019, welkom 2019.