vrijdag 27 juli 2012

Samenwerken in Europa (wanneer het bos brandt)


De Europese samenwerking is een thema. Verkiezingen, crisis en Europa als oorzaak én zondebok. Eigenlijk en oneigenlijk, hoe dit uit elkaar te houden? De PVV wil terug naar af en D66 met de ogen en oren dicht alleen maar integreren. In elke bijzin worden de woorden ‘hervorming’ en ‘Europa’ aan elkaar gelispeld, ins Blaue hinein. Framing heet dit tegenwoordig of nog altijd gewoon ideologie. Hervormen, wie kan daar nu op tegen zijn? De burger wordt niet verteld hoe dat ‘liberale’ Europa er echt uitziet. Hij moet het maar geloven.

Toch is samenwerking op veel fronten nodig. Deze zomer weer veel bos- en natuurbranden. Algarve, Madeira, Kroatië en Catalonië, drama’s voor mens en natuur. Stationeer meer blusvliegtuigen en blushelikopters verspreid over Europa, zorg voor deskundige doortastende coördinatie en ga sneller met groot materieel op de branden af. Bekijk Europa concreet, niet alleen in de grote politieke vragen ook bij meer specifieke vraagstukken. Geen ideologie met verhulde belangen, wel aanpakken en samenwerken waar dat helpt. De brand niet alleen symbolisch samen blussen.








Rio Séqua bij Tavira, verbrand bamboe,
enkele dagen eerder een groene rivieroever



woensdag 11 juli 2012

Eems Dollard Dialectiek


Friedrich Engels schreef een ‘Dialectiek van de Natuur’. Een studie die nooit gereed kwam. Engels beschrijft kenmerken van dialectische processen. In ‘Karl Marx, Bekend en onbekend’  besteed ik hier enkele hoofdstukken aan. Eén gaat over de dialectische omslag van kwantiteit in kwaliteit. Zo’n omslag ontstaat door de spreekwoordelijke druppel die de emmer doet overlopen. Kleinere veranderingen kunnen per saldo leiden tot structurele of systematische veranderingen, die niet zo makkelijk terug te draaien zijn. Dit kan zowel in de maatschappij als in de natuur spelen.

Radicale socialisten willen ‘system change’, een andere maatschappij. Dan zijn er wel bepaalde voorwaardelijke veranderingen nodig die leiden tot een echt andere structuur. In dat geval wordt die structuur als nastrevenswaardig gezien.
Een nieuwe structuur kan echter juist ook heel ongewenst zijn, zoals wanneer kleinere verslechteringen leiden tot een diepgaande inbreuk. Bijvoorbeeld maatschappelijk bij verarming voorbij een punt waar mensen er niets meer tegen kunnen doen en verloedering resteert. Of in de natuur bij areaalvermindering met fatale gevolgen voor bepaalde soorten.

Vorige week hield de Waddenvereniging in Delfzijl een ledenbijeenkomst over de structurele verslechtering van het leefmilieu in het Eems-estuarium. De Eems en de Westerschelde zijn de enige overgebleven estuaria van Nederland, de meeste zijn immers afgedamd. In een getijdengebied waar rivieren in de zee stromen en de zee bij vloed het land in, heeft het water ruimte nodig. Het water moet in een natuurlijke loop in en uit kunnen stromen. Dan ontstaat door algengroei een primaire voedselproductie waardoor bodemdieren kunnen leven, die weer door vogels gegeten worden, zodat per saldo een keten van levensvormen functioneert. Door toenemende kanalisering en uitbaggering stroomt in de Eems het water echter met te veel kracht in en uit. Daardoor is het water sterker dan normaal vertroebeld, komt er te weinig licht door en is de voedselketen verstoord.

De bijeenkomst beoogde in een breed gezelschap na te denken over oplossingen. Hier stelde iemand de vraag of de vertroebeling niet een kwestie is van ‘meer of minder’, van een geleidelijk proces, een kwestie van maat. De inleider gaf daarop aan dat er in de jaren negentig sprake was van ‘wat de Engelsen noemen, een system change’. Het gaat om een omslagpunt, waarop de vertroebeling zo sterk wordt dat het leven van algen op die plaatsen onmogelijk is. Tussen 1960 en nu, dus in 50 jaar zijn er op de meest vertroebelde plaatsen in het estuarium tien keer zoveel slibdeeltjes per liter. Het gaat niet om schadelijke stoffen op zich, maar om losgewoelde deeltjes. In de jaren negentig was er een kwalitatieve omslag. Toen werd de waterkwaliteit door vertroebeling echt anders en werd de primaire voedselproductie geblokkeerd.

Er zijn oplossingen nodig die deze ‘system change’ ongedaan maken. De natuurlijke verhoudingen tussen lengte, breedte en diepte moeten worden hersteld. Hiertoe worden verschillende mogelijkheden onderzocht, zoals minder baggeren, ondiepten aanleggen op bepaalde plaatsen, een grotere kom in de Eems en Dollard realiseren, enzovoorts. De uitkomst is nog onbekend.

Omslag van kwantiteit naar kwaliteit of omgekeerd, een system change. Het zijn termen die in zekere zin al ontleend kunnen worden aan de Griekse dialectische filosoof Heraclitus. Deze had het overigens ook over stromen en rivieren. Misschien wilde Heraclitus zeggen dat onze kennis over de verandering vaak maar beperkt is, een risico dat in feite dus ook bestaat bij de ecologie van de Eems. Met de latere Hegel kreeg het dialectisch denken steviger voet aan de grond, gevolgd door Marx en Engels.

Tegenwoordig lijkt het dialectisch denken uit de mode. Maar in andere woorden bestaat dit nog altijd, zoals op de bijeenkomst van de Waddenvereniging bleek. De natuur en de sociale realiteit zitten vol dynamische processen, met alle risico’s van dien. Een ‘goede’ wetenschap drukt die dan ook uit in zo goed mogelijk passende, dus dynamische termen. Al lijkt Hegel soms vergeten, denkvormen die realistisch zijn zullen blijven zoeken naar termen die helpen de dynamiek van langer lopende processen te begrijpen.

Ecologie en evolutie, natuur en maatschappij, een optelsom blijkt meer te impliceren dan het optellen zelf. De verdergaande effecten en interacties van meespelende factoren kunnen worden versterkt, afgeremd, omgebogen of omslaan. Hiernaar kijken behelst het kijken naar de delen van de som, maar ook naar de verdere context. Zo kan in de Eems en de Dollard naar een reeks van maatregelen worden gekeken, naar de te diep uitgebaggerde vaargeulen, maar ook naar het brede veld er omheen met de verschillende onderlinge relaties en doorwerking van allerlei factoren.







Bronnen en informatie over de ecologische situatie van de Eems vind je op:
Rijke Waddenzee en Waddenvereniging
Zoektermen, kies bijvoorbeeld Eems, Dollard of Eems-estuarium.

Over Friedrich Engels’ ideeën over ‘dialectiek van de natuur’, zie o.m.:
•  Friedrich Engels, Dialektik der Natur, in K. Marx, F. Engels, Werke, deel 20, Dietz Verlag Berlin div. jrt., pp. 305-570.
Dit werk is integraal en in fragmenten ook digitaal te vinden op het internet.
•  Jasper Schaaf, Karl Marx, Bekend en onbekend, Dialectiek (eigen beheer), Groningen 2000.
De hoofdstukken 9 t/m 11, pp.73-122, gaan over Dialectiek, natuur en geschiedenis, aan de hand van de vier belangrijkste kenmerken of wetten van de dialectiek zoals Friedrich Engels deze beschrijft.


vrijdag 6 juli 2012

Door de ogen van Jean-Jacques Rousseau


Rousseau, 1712-1778, voorloper van de Franse revolutie. Geen makkelijk mens, maar wel veelzijdig. Welke Rousseau? Je hebt Jean-Jacques, de politiek denker, met zijn ‘Du contrat social’ en zijn ideeën die hem maken tot revolutionair voorloper. Je hebt ook Jean-Jacques, de pedagoog, die met zijn ‘Emile’ en zijn beschavingskritiek een basis legt voor de burgerlijke pedagogiek, met haar goede en omstreden kanten. En Jean-Jacques de filosoof, met zijn haat-liefdeverhouding met de Verlichting, niet alleen sterk gewaardeerd door Immanuel Kant, ook de socialistische Henriëtte Roland Holst schatte zijn werk op waarde in een nog zeer leesbare biografie uit 1912. Zij wijst op de klassenverhoudingen in Rousseaus tijd. Jean-Jacques herkent het lijden van de gewone mensen, de boeren, dus de lagere klasse. Hij waardeert het gewone en natuurlijke, maar wil echt niet terug naar een primitieve staat, zoals wel eens werd beweerd.

En dan is er nog een Jean-Jacques. Rousseau de botanicus. Wanneer de stress groot was en hij belaagd werd of zich zo voelde, ging hij het liefst botaniseren. Weg van de bedreigende wereld voelt hij zich in 1765 helemaal thuis op het kleine eilandje Saint-Pierre. Een kleine plek, maar Rousseau ziet veel in een kleine ruimte, in de natuur. Rousseau: ‘Ik houd ervan, bezig te zijn met nietigheden, honderd dingen te beginnen en er geen enkele van af te maken, ….’ (Bekentenissen, p. 409)
Intussen botaniseert hij precies. Al joelen de kinderen en pummels hem soms uit, hij bekijkt de planten nauwgezet. Ook over Linnaeus heeft hij een idee: ‘Deze grote waarnemer is naar mijn mening (…) de enige die tot hier toe de plantkunde als natuurkundige en wijsgeer heeft beschouwd; maar hij heeft te veel in de plantenverzamelingen en de tuinen, en niet genoeg in de natuur zelf gestudeerd.’ (p. 412)

Van 1771 tot 1775 schrijft Rousseau acht mooie brieven aan een jongedame, Madame Étienne Delessert. Deze roept zijn hulp in bij de botanische opvoeding van haar vierjarig dochtertje Marguerite-Madeleine. Dit resulteert in gedetailleerde brieven over de kenmerken van de planten, en met ten slotte aanwijzingen hoe je een herbarium kunt opzetten. De brieven zijn in 1980 in Nederland uitgegeven, met de prachtige illustraties die Pierre-Joseph Redouté in 1805 maakte bij Rousseaus Botanie, Een studie uit louter nieuwsgierigheid.

Inderdaad gedetailleerd. Minutieus wordt de ontlede plant stukje voor stukje uitgelegd in de brieven. Zo schrijft Rousseau op 16 juli 1772 over de Vlier dat dit geen schermbloemige is: ‘Wanneer u bijvoorbeeld direct na het lezen van mijn brief zou gaan wandelen en een nog bloeiende Vlier zou vinden, dan ben ik er bijna zeker van dat u op het eerste gezicht zou zeggen: dat is een schermbloemige. Als u hem bekijkt zult u een groot scherm aantreffen, een klein scherm, kleine witte bloempjes, bovenstandige kroon, vijf meeldraden: ongetwijfeld een schermbloemige. Maar laten we nog eens verder zien: ik pluk een bloem af.’
Rousseau beschrijft dan de bloem en concludeert: ‘De Vlier is dus geen schermbloemige. Wanneer u nu op uw schreden terugkeert en de plaatsing van de bloemen wat meer van nabij bekijkt, zult u zien dat deze slechts schijnbaar op die van de schermbloemigen lijkt. De grote stralen komen niet allemaal precies uit één middelpunt maar ontspringen soms wat hoger, dan weer wat lager; de kleine ontspringen zelfs nog minder regelmatig: dat alles lijkt niet in het minst op de onveranderlijke bouw van de schermbloemigen. De plaatsing van de bloemen van de Vlier is veeleer die van een tuil of tros, dan van een scherm. Zo ziet u dus hoe wij door ons af en toe te vergissen, uiteindelijk juist beter leren zien.’ (Botanie, pp. 76-78)

In dat laatste is Rousseau behalve botanist ook nog wetenschapsfilosoof. Details. Je moet er maar van houden. Rousseau doet dit. Veel aandacht voor kleine en voor grotere dingen. Hij zegt te botaniseren uit nieuwsgierigheid, maar dus ook met ernst.

Een paar weken terug stond het op Schiermonnikoog achter de stuifdijk vol met Vlier. Ik gelijk kijken natuurlijk. Het klopt allemaal. Niet dat ik twijfelde, maar zó had ik het nog niet gezien. Door de ogen van Rousseau.





Vlier, Sambucus nigra
Tekening van Pierre-Joseph Redouté, Botanie, p. 25



 
Bronnen
- Henriëtte Roland Holst, Jean Jacques Rousseau, Een beeld van zijn leven en werken, Wereldbibliotheek, Amsterdam z.j. (1912).
- Jean Jacques Rousseau, Bekentenissen, vertaling door J. Lopes Cardozo en Sam. Goudsmit, Wereldbibliotheek, Amsterdam z.j. (ca. 1912).
- Jean-Jacques Rousseau, Botanie, Een studie uit louter nieuwsgierigheid, Botanische brieven en Aantekeningen voor een botanisch woordenboek, geïllustreerd door Pierre-Joseph Redouté, Uitgeverij Thieme, Zutphen 1980.


zondag 1 juli 2012

Hart versus hoofd


Syrië, het drama dat niemand lijkt te kunnen stoppen. In Syrië regeert het hart, zij het in zijn kwade vorm. De vorm van de haat. De emotie en de dagelijks dieper wordende haat bepalen de verwoesting en moord. Natuurlijk denken de Syriërs na, maar niemand kan zeggen dat het verstandig is wat hier gebeurt. Als het zo doorgaat blijven er steeds minder mensen over die nog kunnen haten. Laat staan liefhebben.

In hedendaagse gesprekken over hoofd en hart, verstand versus emotie, rationeel denken en het gevoel wordt vaak maar al te makkelijk afgegeven op de rede. Laat het hart spreken en geloof in wat je nu eenmaal gelooft. Na New Age de Happinez.  Mindstyle, zingeving en intuïtieve verdieping, mooi toch? Het hart getoond in zijn mooie, maar soms erg eenzijdige vorm.
Redelijkheid staat bij sommigen in een kwade reuk. Rationele theorieën hebben hun beperking en leiden tot daden waar je spijt van kunt krijgen. Rationele technologie heeft oorlogen en vervuiling opgeleverd. Redelijkheid als inzet, verwoesting het resultaat.

In de huidige westerse filosofie lijkt Nietzsches en Heideggers scepsis over de ratio de navolgers van Hegels rationaliteit te hebben overvleugeld. Het denken onmachtig verklaard. Onmachtig om te helpen beter te handelen. Narratief, de kleine verhalen boven de grote. Het quasi-willekeurige verhaal boven de rationele constructie. Maar de balans is zoek. Die verhalen eindigen zomaar ergens, het toekomstperspectief is gering en zeker niet erg duidelijk.
Toegegeven, de hegeliaans-marxistische dialectische filosofie heeft vandaag de dag ook geen breed gedragen en krachtig overtuigende visie, en wordt bovendien verhoudingsgewijs maar door enkelen verder ontwikkeld. En of de spinozisten Spinoza’s rationele weloverwogenheid bewaren, moeten we nog maar afwachten. Modes kunnen onverwachte vormen aannemen.

Hopelijk is de mist tijdelijk en wordt een betere balans gevonden van hoofd en hart. Het hart, de emotie en spontane keuzes brengen niet alleen maar goeds. In Syrië staan mensen, groepen, overtuigingen en belangen tegenover elkaar en lijkt het geweld niet te stuiten. De emotie aan de macht, zo lijkt het. In haar kwade vorm. De rede heeft het zwaar.

Gelukkig zijn er mensen die in deze chaos blijven oproepen tot redelijkheid. Neem Nikolaos van Dam, de ex-diplomaat. Hij pleit consequent tegen gewelddadige ‘oplossingen’ en gewapend ingrijpen. Het hoofd niet verliezen is nu de kunst, hoe ver weg de redelijke oplossing ook lijkt.
Iedereen moet Kofi Annans redelijke vasthoudendheid steunen. Niemand weet een betere weg. Hier zijn hart en hoofd trouwens wel in balans, de rationele inzet het vraagstuk op te lossen, gedreven door gevoel, medemenselijkheid en betrokkenheid.




Kofi Annan