dinsdag 17 december 2013

Picabia, dada en anarchisme


Kom je ooit in Madrid en heb je enige dagen, dan ga je vast naar het Prado. Vergeet dan niet dat er meer mooie musea zijn. Voor kunst van de 20e eeuw en van vandaag moet je naar Museo Nacional Centro de Arte Reina Sofia. Na Picasso’s Guernica zijn er nog vele zalen waar je makkelijk een halve dag kunt genieten.
    In zaal 202 hangen verschillende werken van Francis Picabia (1879-1953). Er is werk uit de periode van dada. Dada, wat dat is, daar zijn niet zoveel woorden voor nodig, al gauw worden dat teveel. Zoals Russische nihilisten in 1920 dichtten: ‘Schrijf niets, lees niets, zeg niets, publiceer niets.’
    Picabia’s dadakunst zegt niets of iets absurds, maar zet wel degelijk aan het interpreteren. Nadenken dus. Picabia laat je zo langer blijven in zaal 202 dan gedacht, ook als je niet van plan bent je helemaal in de culturele context te verdiepen. Picabia verandert in zijn leven vaak van stijl. Die wisseling is ook al een beetje dada.
    Toen ik Picabia zag moest ik denken aan de anarchistische demonstratie van een dag ervoor in Madrid. Anarchistisch, manifeste slogans en ordelijk. Gemeente Madrid maakte het heel netjes door een flinke veegploeg achter de demo aan te laten lopen met daarachter nog weer een ambtenaar die dat opruimen goed controleerde. Hij had een grote gemeentelijke badge op zijn revers zo dat ieder kon zien dat hij helemaal op zijn plaats was. Zich manifesteren zonder te demonstreren. Dada …?
      De actie eiste de aandacht op. Passanten bleven staan, wilden weten waarvoor de actie was en betuigden duidelijk steun.
    Picabia wordt met al zijn stijlen wel eens als voorloper van het postmodernisme gezien. Nou, dat kun je van anarchisten dan zeker ook wel zeggen. Maar deze demonstrerende activisten waren heel wat aansprekender dan het lege postmodernisme. Noem Picabia maar geen postmodernist. Nergens voor nodig.



Klik hier voor links naar het museum Reina Sofia en een aardige presentatie van Picabia












Francis Picabia, Brouette (Kruiwagen)
ca. 1922, Reina Sofia







zaterdag 14 december 2013

Ampsen – Filosofisch bos?


Toegegeven, het is een gewaagd beeld. Drie schijnbaar onvergelijkbare ‘dingen’ te vergelijken, een bos in de Achterhoek, de boeddhistische mandala en de staatsordening. Meer een denkspel dan dat het helemaal hoeft te kloppen.

Het bos

Bijna 40 jaar al kom ik in Lochem, het stadje waar mijn inmiddels hoogbejaarde schoonmoeder nog altijd woont. Als ik hier ben ga ik vrijwel altijd wel naar het bos van landgoed Ampsen. Honderden keren moet ik er geweest zijn. Het is een filosofisch bos, althans voor mij. Het is vrij groot, stil, hoog en ruim en heeft een gridstructuur. Dit schaakbordpatroon wordt hier een daar verrassend doorbroken, daar is het bos eerder beschut dan ruim.
    Het bos denkt mee als er iets is om over na te denken of het nodigt ertoe uit. Voor een leeg hoofd is het precies even geschikt en zo heb ik er uren gelopen, vaak kijkend naar de vogels. Op het eerste gezicht zie je die hier niet zoveel, maar rustig lopend naar de goede hoekjes valt er veel te beleven. Deze week nog twee fraaie kuifmezen foeragerend op de grond betrapt en achterin Ampsen op de berken vloog een groep van wel zo’n tweehonderd sijzen steeds op en af.
      Ruim kijken en ruim denken, dat gaat goed in het stille Ampsen. In de ruimte die het bos biedt.

De mandala

Het filosofisch bos, een mandala, speelveld van het verstand. Het bos als de ruimte van het verstand. Bij sommige hoeken weet ik nog waarover is nagedacht. De lange lege paden passen ook bij mijn hoofd dat dan vaak leeg is, maar in dit kader naar believen met van alles kan worden gevuld.
    In mijn boek Boeddhisme en betrokkenheid (p. 106) haal ik de boeddhist Chögyam Trungpa aan die schrijft over wat de mandala is: ‘Het is de ruimte om een situatie te creëren, die gebaseerd is op territorium of grenzen.’ De mandala lijkt een speelveld af te grenzen, niet alleen als beperking, maar vooral om ruimte te scheppen. De chaos erop kan worden doorgrond, door verbeelding, door oefening, met als resultaat contact en realisme, althans tot op zekere hoogte. De mandala is psychologie en niet occult, hoeft dat niet te zijn. Het is een microkosmos, net als het bos waar je de structuur van proeft. En dat je met mandala’s vrolijk kunt knutselen? Dat zal ook wel rustgevend zijn.

De staat als speelveld van de vrijheid

Hoe groot is de ruimte van deze zelf gecreëerde kosmos? Als variant: kun je de staat zien als een afgepaald maatschappelijk speelveld? In 2009 schreef ik voor het Vlaams Marxistisch Tijdschrift een artikel dat onder meer gaat over de staat als speelveld, waarop verschillende soorten vrijheid kunnen bestaan.
      Hier staat onder meer het volgende. Spinoza zegt: houdt goed rekening met het speelveld van de vrijheid. Wanneer je daarbinnen blijft zal men zich eerder vrij voelen. Marx voegt er iets wezenlijks aan toe: het komt erop aan de wereld te veranderen. Door gegroeid inzicht kunnen de handelingsmogelijkheden groter worden, dus per saldo het speelveld van de vrijheid ook. Dan worden oude kaders verlaten, grenzen overschreden.
    In de eerste formulering (Spinoza) staan de grenzen van het speelveld ogenschijnlijk meer vast dan in de tweede (Marx), waarin de mens kennelijk zelf zijn maatschappelijke barrières weet te overwinnen. Het staat hier kort door de bocht, want ik studeer sindsdien op de vraag of Spinoza het reële speelveld, inclusief maatschappij en staat, ook niet heel dynamisch begrijpt en of Marx wel zoveel aan weet te vangen met de idee dat je de wereld kunt veranderen. Het is geen wedstrijd tussen twee grote filosofen, maar te zien in hoeverre ze aan elkaar iets toevoegen is interessant, ook in het licht van actuele discussies over politieke mogelijkheden en onmogelijkheden.

Het bos is als het ware een mooi speelveld voor het verstand. Om na te denken en om te ontspannen. En zo is de staat of een conglomeraat van politieke verbanden een speelveld van de vrijheid. Dus inclusief onvrijheid, concrete beperkingen, reële ruimte, individuele en meer collectieve (on)vrijheden, verschil in kansen om vrij te zijn en vrijheden te benutten, en noem maar op. De maatschappij laat iets toe, moreel of materieel, of juist niet en veel zit hier ergens tussenin, wat het niet makkelijker maakt, maar eerder complexer. Als vrijheid een waarde is, is de ruimte die de maatschappij ervoor biedt dus voorwaardelijk, een noodzaak.

Over dit speelveld van de vrijheid zijn enkele voorpublicaties af en over een paar jaar wil ik een omvangrijker resultaat van deze vragen presenteren, al zullen er open einden zijn. Er zitten veel kanten aan. Er goed over nadenken of juist even niet meer denken gaan beide heel goed in het stille Ampsen. Bij zonnig weer of in de mist.




Literatuur:
- Chögyam Trungpa, Ordelijke chaos, Het principe van de mandala, Uitgeverij Karnak, Amsterdam 1996.
- Jasper Schaaf, Boeddhisme en betrokkenheid, Kan de Boeddha-dharma bijdragen aan een marxistisch georiënteerde inzet van maatschappelijke betrokkenheid? Uitgeverij Dialectiek (eigen beheer), Groningen 2000.

Meer informatie op de website m.b.t. genoemd onderzoek en links naar diverse artikelen: klik hier






Landkaartje (Araschnia levana) in Ampsen, 30 juli 2013



 Mist, Ampsen 11 december 2013



Achterin Ampsen, 11 december 2013



 




zaterdag 7 december 2013

Lusten of lasten?


Deze week kondigde verzekeraar Achmea aan meer dan 20% van haar personeel te gaan ontslaan. Het is niet het eerste bedrijf dat stelt op basis van de digitalisering en het internet veel minder werknemers nodig te hebben. De klant zoekt zelf wel wat hij wil op het web.

Vreemd is dat de hier verkondigde redenering vrijwel algemeen als vanzelfsprekend wordt ervaren. Terwijl er toch wel rare kanten aan zitten. Ten eerste werkt de klant zich tegenwoordig suf achter zijn eigen computer om aan allerlei verplichtingen te kunnen voldoen, financiële transacties te voltrekken, belastingen op te geven, de bureaucratie te beantwoorden, producten te kopen, een enquête in te vullen en inderdaad ook zelf maar weer eens een nieuwe verzekering te kopen na de nodige vergelijkingen op internet. Mensen denken dat dit tijd spaart, en wie telt de uren op?
      Maar goed, kun je zeggen, dat moet de burger zelf weten. Het is werken op de computer, maar men vindt het nu nog leuk.

Aan de andere kant, tegenover de klant, staat het bedrijfsleven. Dat zegt de klant te bedienen, maar wil in de eerste plaats gewoon renderen. En hier wringt iets. De microchips, de moderne computer en de smartphone hebben inderdaad veel veranderd. Veel wordt nu door de klant zelf gedaan. Het vreemde is echter dat het vervolgens als volkomen vanzelfsprekend wordt gebracht dat door de automatisering banen verloren gaan. Het komt erop neer dat het bedrijf profiteert, of liever het bedrijfsleven in totaliteit, terwijl de werknemer, zowel als individu als ook de werkende mensen in totaliteit voor de kosten opdraaien.
      Banen raken verloren, er moet door de overblijvers op de zaak harder dan ooit worden gewerkt en collectief onderhouden we alle werklozen, zij het meestal op een minimumniveau. De werknemer krijgt dus niet de lusten, wel de lasten. Schrale troost dat het profijt voor het bedrijfsleven slechts voor een bepaalde periode zal gelden, dus niet duurzaam zal blijken.

Had de slimme automatisering, mede ontstaan op basis van collectief betaalde wetenschap, niet gewoon een lust moeten zijn in plaats van een last? Waarom laten alle verzekeraars niet samen hun werknemers 6 uur per dag werken in plaats van 8? Dan gaat er geen baan verloren en wordt er prettiger gewerkt met de moderne techniek als hulpmiddel.
      Ja dán als hulpmiddel, in plaats van de machine die hem overbodig maakt en zich overbodig laat voelen.

De tot op de dag van vandaag gevormde ‘vanzelfsprekendheid’ van een denkkader dat ontslagen onvermijdelijk noemt, bewerkstelligd door wat vroeger propaganda en nu ‘framing’ heet, betekent niet dat dit de enige weg is.
      Volgens de CNV Dienstenbond zou Achmea te lang gewacht hebben met te reageren op veranderingen in de financiële wereld. Je kunt ook zeggen dat de vakbeweging wat eerder krachtig had moeten inspringen en eisen had moeten stellen over werktijd en werkomstandigheden. Niet alleen de lasten, ook de lusten. Is het nu te laat? Eis de lusten op!





zondag 1 december 2013

Solidaire actie


De vorige weblog riep op voor de FNV-manifestatie op 30 november. Actie voor een loonsverhoging van 3%, terugdringen van de vele onwenselijke vormen van flexwerk, en voor echte banen.
      Werkgevers mopperen dan gelijk weer. Hun concurrentiepositie zou er onder lijden. Dat valt echter reuze mee, zeker wanneer ook in andere landen de lonen een fatsoenlijk niveau krijgen. Daarom was het ook zo goed dat er buitenlandse vakbondssteun was. Een Indonesische vakbondsleider sprak en er was aandacht voor de positie van uitgebuite buitenlandse werknemers. Zo waren er Hongaarse vrachtwagenchauffeurs die in slechte omstandigheden en zwaar onderbetaald werken voor Nederlandse bedrijven, die alle regels aan hun laars lappen.
      Schoonmakers en werkers in de zorg traden als groep tijdens de actie naar voren, hun inzet is een voorbeeld voor de vakbeweging van de komende tijd.

De actie was massaal met zo’n 10.000 deelnemers, strijdbaar, maar ook vrolijk. Het gaat niet om overdreven eisen, maar om normale verhoudingen waarin iedereen in een echte baan kan werken en naar behoren hiervoor betaald wordt.
      Veel mensen zien weer dat opkomen voor je rechten en voor werk, samen met anderen, zowel sociaal, nuttig en in de gezamenlijke actie ook leuk kan zijn. Hieronder enkele impressies.