vrijdag 25 november 2016

Noordse cirkelschelp van Schiermonnikoog









In de natuur is veel te zien en te vinden, al in de directe omgeving. De natuur is dichtbij. Kijk gewoon goed in je eigen tuin, straat of buurt.
      Malacologie is weekdierkunde. Voor mijn malacologische afwijking/interesse ofwel de schelpenzoekerij moet ik iets verder weg. Eigenlijk is dat niet helemaal waar, want in onze eigen tuin zijn er bij goed zoeken wel ongeveer tien soorten slakken te vinden, al zul je ze waarschijnlijk niet alle tegelijk aantreffen.
      Er zijn in de tuin niet alleen van die bruine sigaren (Oranje wegslak, Arion rufus), waar de buren zo’n hekel aan hebben. Je hebt er ook fijner gebouwde slakken van soms enkele millimeters. Zo vond ik eens een Glanzende agaathoren (Cochlicopa lubrica) van enkele millimeters, die kennelijk ooit in een groter leeg huisje van een andere slak was gekropen en daar uitrolde toen ik daar naar keek, niet de slak, wel het huisje. Dat kun je dan mooi bekijken met een microscoop of vergrootglas.

Maar voor de schelpen uit de zee ga ik op zoektocht aan de Hollandse kust, Ameland en Terschelling. Wandelen, scharrelen en de ogen gebruiken. En dichterbij ligt gelukkig Schiermonnikoog. De bus naar de boot stopt ongeveer om de hoek, in de Oosterparkwijk.
      Zo gisteren weer even mooi rondgekoekeloerd op een groot vrijwel verlaten strand van Schier. Wat een ruimte, wat een meeuwen en honderden drietenen. Die meestal dribbelende strandlopers gaan in de wind soms in een prachtige waaier zitten, net wielrenners. Daartussen scharrelden bovendien nog wat steenlopers, heel benaderbaar als je rustig aan doet. En als je schelpen zoekt, doe je rustig aan, dus zijn de vogels ook dichtbij.

Ik ging voor de schelpen deze keer. Altijd wat te vinden. Een heel aardige vondst moet wel even onder de aandacht worden gebracht. Ongeveer bij paal 8 lag een donker en heel gaaf exemplaar van de Noordse cirkelschelp (Lucinoma borealis).
    De Noordse cirkelschelp staat in schelpengidsen, zoals het standaardwerk Schelpen van de Waddeneilanden, als zeldzaam te boek. Althans voor Schiermonnikoog, en op de stranden elders is deze meestal nog zeldzamer. Maar hij is dus – natuurlijk met het nodige geluk en een best lange wandeling – te vinden.
      Het aardige is nu dat ik dit jaar op Schier twee keer, en ook nog vrijwel op dezelfde plek bij paal 8, een exemplaar van deze schelp vond. Ik vond er een op 24 april 2016, in de avondschemer bij harde wind tussen veel schuim. Ik dacht even aan een Artemisschelp – die is ook vrijwel rond, schaars, maar niet zo zeldzaam – maar het was dus een Noordse cirkelschelp.
    Nu dus, op 24 november, hooguit een paar honderd meter van de plek waar de eerste schelp lag. Overigens zijn dit voor Schier niet mijn eerste vondsten van deze schelp, eerder één gevonden op 19 juni 2012.

Bij de zandsuppleties op Ameland was deze soort enkele jaren achtereen vrij makkelijk te vinden. Zo nam ik in 2014 er ca. tien mee, gevonden in slechts enkele dagen. Inmiddels lijkt dit weer moeilijker.
    Maar de vondsten van Schier zijn eigenlijk wel zo leuk. Op dit eiland vonden nooit zandsuppleties plaats. De schelpjes zijn gewoon aangespoeld zonder mechanische hulp. De schelpen uit de zandsuppleties van Ameland zien er trouwens vaak iets anders uit, soms iets dunner en ze laten ietsje meer licht door en zouden daarom wat minder oud kunnen zijn. Bovendien hebben ze wat scherpere lijntjes dan de schelpen van Schiermonnikoog, minder afgesleten.
    De Noordse cirkelschelp die we in Nederland vinden zijn oude, mogelijk fossiele schelpen uit het Eemien. Het Eemien is de warme periode tussen de laatste twee ijstijden, meer dan 100.000 jaar geleden.

Op de twee foto’s bovenaan de blog staat de nieuwe vondst. Op de groepsfoto hieronder staan op de eerste rij drie exemplaren uit de zandsuppleties van Ameland. Eronder staan de drie van Schiermonnikoog. Van links naar rechts de schelpen van 2012, april 2016 en de ‘nieuwe’ van 24 november 2016.
    De nieuwe vondst is natuurlijk de mooiste. Wel zwart, maar heel gaaf en een fraaie scherpe tekening van de binnenkant.









Genoemd boek: R.H. de Bruyne en Th.W. de Boer, Schelpen van de Waddeneilanden, Gids van de schelpen en weekdieren van Texel, Vlieland, Terschelling, Ameland en Schiermonnikoog, Fontaine Uitgevers, ’s Graveland 2008.


N.B. zoek je een dergelijk boek maar is dit te duur (antiquarisch vraag men er soms nogal veel voor), dan is een andere, betaalbare aanrader:
Rykel de Bruyne, Ditte Bandini, Ameland: Schelpenrijk, Het eilandgevoel beleven met schelpen, barnsteen en fossielen, Stichting Anemoon, Lisse en KNNV Uitgeverij, Zeist 2013.












zondag 20 november 2016

Montaigne over leugenaar Trump


‘Slechts door het woord zijn we mens.’

De kranten vertellen ons dat Donald Trump een leugenaar is. In ieder geval straalt hij uit dat je met de waarheid veel kanten uit kan. Wat gaat hij in ‘godsnaam’ echt doen, zo vragen velen zich af. Ja, dat kan knap lastig worden.

Michel de Montaigne over Donald Trump? Beetje flauw natuurlijk zo’n titel. Toch moest ik even aan de arme Verenigde Staten denken toen ik gisteren las in de ‘Essays’  van de filosoof Michel de Montaigne (1533-1592). Mooi vertaald door Frank de Graaf, maar dit terzijde.
    Montaigne is niet alleen een heel breed georiënteerd filosoof, zijn werk getuigt van groot inzicht in het dagelijks functioneren van de mens met al zijn onhebbelijkheden en hier en daar wat minder grote dwaasheden. Hij is een knap psycholoog geruime tijd voor het vak als zodanig bestond. Altijd inspirerend om in zijn werk te lezen.

Onhebbelijkheden? Montaigne wijdt in zijn ‘Essays’  een hoofdstuk aan leugenaars. Wat te denken van leugenaars? Zo moest ik toch nog even aan Trump denken. De man waarvan velen denken dat je zelf niet liegt wanneer je hem als leugenaar betitelt.
      Nou, als dat waar is en ik Montaigne vervolgens wel geloof, krijgt de wereld nog wel wat met deze Trump te stellen. Want Montaigne maakt duidelijk dat het met de leugen zo simpel nog niet ligt. Wil je de waarheid weten, dan helpt het meestal niet de leugen alleen maar om te keren. Een omgekeerde leugen is niet noodzakelijk een waarheid, misschien zelfs nog geen deeltje ervan.

Montaigne zegt het zo: ‘Als de leugen, zoals de waarheid, maar één gezicht had, zouden we beter weten waar we aan toe zijn. Want dan zouden we het tegendeel van wat de leugenaar zegt als zeker beschouwen. Maar het omgekeerde van de waarheid heeft honderdduizend vormen en een onbegrensd gebied.’

Verschijningsvormen van de leugen. Wel honderdduizend, dat was in die tijd oneindig, inderdaad onbegrensd. Daar kan de politiek het dan mee doen, met zo’n man …
      Toch houdt Montaigne vast aan de idee dat er waarheid bestaat. En dat daar aan gewerkt moet worden. Hij schrijft ook: ‘Liegen is waarlijk een vervloekte ondeugd. Slechts door het woord zijn we mens en door het woord staan we met elkaar in verbinding. Als we zouden inzien hoe ernstig, hoe afschuwelijk liegen is, zouden we het, en met meer recht dan andere misdaden, te vuur en te zwaard vervolgen.’

Montaigne komt op voor het handhaven van de waarheid. Zijn filosofie ontstaat vele jaren voor de vele kennis-relativistische standpunten waar veel mensen van tegenwoordig zo graag in wegvluchten. Maar ook toen – al sinds de Griekse filosofie – wist men heel goed dat net als de leugen ook de waarheid niet simpel is. En tóch, heel waardevol, je moet ervoor blijven opkomen. Liegen, de bewuste onwaarheid, ondermijnt alles, het hele menselijk bestaan.
      Als een hedendaagse communicatiedeskundige of een diepdenkende existentialist weet Montaigne, ik het herhaal het graag: ‘Slechts door het woord zijn we mens.’  Dat woord moet waar willen zijn.

Als de waarheid nooit simpel is, vele kanten kent, en tot verschillende soorten ontkenningen kan leiden die niet eenvoudig begrepen kunnen worden door slechts de leugen te ontmaskeren, krijgt de wereld met Donald Trump nog heel wat te stellen. Waar gaat dit heen? Hoe daar greep op te krijgen door weldenkende mensen en activisten? Onwaarachtige politiek kan zich verhullen in, zoals Montaigne het uitdrukt, ‘honderdduizend vormen’.

Er zit niets anders op dan te blijven koersen op de waarheid. Vooral zelf niet de truc van de leugen overnemen, want daarin raakt uiteindelijk iedereen verstrikt. Het is niet onwaarschijnlijk dat dit laatste ook de mooiprater Trump zal overkomen. Daarvoor is hem ‘te vuur en te zwaard vervolgen’ dan niet eens nodig.
      Hoe zou zelf de waarheid propagandistisch omkeren een doel kunnen zijn, als je bedenkt dat er wel ‘honderdduizend vormen’ van de onwaarheid in het geding kunnen zijn? En die – misschien past hier een bescheiden toevoeging – toch ook weer aspecten van de waarheid zijn of deze raken?
      Spelletjes met de waarheid is spelen met vuur. Het sterkst blijft zelf de waarheid naar voren te brengen, een positieve en sociale politiek, een sterk alternatief tegenover negativisme.

Het is een goed idee van Montaigne: nooit de waarheid opgeven. Zelf nu niet vluchten in populisme en versimpeling, maar doorgronden wat het is, wat er gaande is, en welke waarheden mee kunnen spelen.
      Goed van kwaad scheiden, en dát dan behouden. Slechts door het ware woord wordt men ten slotte mens. Ook al kent het ware woord waarschijnlijk toch wel meerdere varianten.




N.B. – Dit is de derde blog over Donald Trump, zie de vorige twee.
Misschien de laatste …?


Bron: Michel de Montaigne, Over leugenaars, in Essays, vertaling van Frank de Graaf, Uitgeverij Boom, Amsterdam, Meppel 1993, p. 53. ISBN 9060098676.










Montaigne (1533-1592)













donderdag 17 november 2016

Zorgkosten omhoog door Neoliberalisme


De zorgkosten gaan omhoog, mede door het neoliberalisme. Dat ideeën en ideologieën niet onschuldig zijn wordt bewezen door de ziektekostenverzekeringen. Die gaan voor het gros van de mensen volgend jaar weer zo’n tientje per maand, dus meer dan honderd euro per jaar omhoog.
      Het zou onder meer komen door de vergoeding van duurdere medicijnen. En nog zo wat. Maar er is meer aan de hand. Zo speelt de neoliberale ideologie en haar mantra van de marktwerking een grote rol bij het hele ziektekostengedoe.
      Marktfundamentalisme, het is een vorm van extremisme waar de Nationale Veiligheidscoördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid onvoldoende tegen waarschuwt. Misschien zijn taak niet, zal hij denken, maar extreem is het wel.

De zorgpremie zou dit jaar niet stijgen, zo dacht ‘de politiek’. Maar die heeft ook besloten tot de transitie van de zorg. Eén van de gevolgen ervan is dat vormen van lichtere hulp en zorg overgeheveld zijn van de AWBZ naar de budgetten waar de gemeenten voor verantwoordelijk zijn én naar de zorgverzekering. Het laatste is een beweging van collectief naar particulier.
    Om die overgang soepel te laten verlopen – protesten waren er al genoeg! – betaalde de overheid tijdelijk voor de wijkverpleging nog bij, nadat deze vorm van zorg is komen te vallen onder de ziektekosten en de basisverzekering. Soepel? Soepeltjesweg moeten de verzekerden nu deze kosten voor hun rekening nemen en bouwt de regering de tijdelijke ‘versoepeling’ af.
    Soepeltjes moet ieder dus meer betalen, dát klinkt liberaal. Een soepel en toch extreem ‘vrije marktdenken’.

De hele benadering is er een van het loslaten van het solidariteitsprincipe en doorwerking van het neoliberalisme.
    De SP heeft nu een heel goed initiatief genomen om deze benadering radicaal om te keren. Weer de collectieve verantwoordelijkheid centraal stellen. De SP, 50+, Partij voor de Dieren, Piratenpartij, de FNV, nog meer organisaties en 200.000 mensen willen een Nationaal ZorgFonds, waarin onder meer de hele verzekeringsmallemolen wordt teruggebracht tot een helder en solidair stelsel, Het Nationaal ZorgFonds. Zonder eigen risico.

Ondersteuning van dit Fonds is niet alleen goed voor de eigen portemonnee – en zorg zal altijd op een of andere manier geld kosten – maar het is vooral een stap naar nieuwe sterke solidariteit, een mogelijkheid tot een eerlijker kostenverdeling en bovendien een verzet tegen het neoliberale individualisme.
      Steun het Nationaal ZorgFonds. Zonder eigen risico!



Tekenen voor het NationaalZorgfonds, zie deze link: https://nationaalzorgfonds.nl/















Extra blogje: Het doemdenken van De Groene Amsterdammer

Vijf minuten nadat ik bovenstaande blog geplaatst heb, valt De Groene Amsterdammer in de brievenbus. Ja dat lezen we. Een blad met vaak rake analyses, maar zelden een idee over oplossingen, hoe je bij kunt dragen sociale problemen op te lossen.
      Het nieuwe nummer getuigt van doemdenken. Een bijna lege pikzwarte voorkant met de leuze ‘Het einde van de liberale wereldorde’ en daarin een foto van Donald Trump. Wat een oppervlakkig pessimisme!
      Er zijn tal van acties en initiatieven mogelijk om massaal te werken aan een solidaire, zelfs socialistische toekomst. Is Bernie Sanders nu al vergeten?














donderdag 10 november 2016

Het Communistisch Manifest en de Verkiezingsverbazing


Verkiezingen VS. Verbazing, de wereld in de war? Is deze verbazing zelf niet verbazingwekkend? Het is mondiaal gezien crisis, diepe economische en sociale crisis sinds 2008. Het wegpoetsen van sommige oneffenheden heeft het gevoel van crisis en uitzichtloosheid bij velen, niet weggenomen. Dit gevoel zoekt een uitweg, dat kan niet anders.

Marx’ visie op de geschiedenis en de toekomst kent geen kant-en-klare voorspellingen of oplossingen. Wel twee elementen die ertoe doen.
      Het eerste is, dat op den duur diepe vrijwel onoplosbare crises in het kapitalisme mogelijk en zelfs waarschijnlijk zijn (en niet meer dan dat).
      Het tweede dat het proletariaat, zeg maar de arbeidersklasse, het welbewuste deel van de werkenden en werklozen, goed genoeg georganiseerd dient te zijn om in een dergelijke situatie een sociale stap naar voren te maken. Sociaal, socialistisch, progressief, voor alle mensen.

Het eerste lijkt het geval, aan het tweede wordt volstrekt niet voldaan. Dan is crisis vooral chaos, onhelder en risicovol. Crisis en crises.
      Over de crisis schrijft Marx onder meer in ‘Het kapitaal’. Over de noodzaak zich te verenigen, zich goed te organiseren schrijven Karl Marx en Friedrich Engels in ‘Het communistisch manifest’.


Aan het eind van hoofdstuk 24 van ‘Het kapitaal’ staat:
    ‘De centralisatie van de productiemiddelen en de vermaatschappelijking van de arbeid bereiken een punt, waarop zij onverenigbaar worden met hun kapitalistisch omhulsel. Dit omhulsel wordt verbrijzeld. Het laatste uur van het kapitalistisch privaatbezit heeft geslagen. De onteigenaars worden onteigend.’

Aan het eind van ‘Het communistisch manifest’ staat:
    ‘De communisten werken (…) overal aan de vereniging en het onderling eens worden van de democratische partijen van alle landen. De communisten versmaden het, hun opvattingen en oogmerken te verhelen. Zij verklaren openlijk dat hun doel slechts kan worden bereikt door de gewelddadige omverwerping van iedere tot dusver bestaande maatschappelijke orde. Dat de heersende klassen sidderen voor een communistische revolutie! De proletariërs hebben daarbij niets te verliezen dan hun ketenen. Zij hebben een wereld te winnen.
    Proletariërs aller landen, verenig je!’


Het eerste schept de voorwaarden, het tweede is een voorwaarde. Het laatste betekent dat de socialisten, de communisten hebben verzaakt. Geen vereniging, veel versplintering. Te weinig eenheid, te veel onenigheid. Hier ligt een grote opgave, nationaal en internationaal.






Geen bronvermelding, omdat beide boeken, verschenen in 1848 en 1867, in tal van versies verkrijgbaar zijn op papier en op internet.
Zie vooral ook https://www.marxists.org/nederlands/index.htm



















dinsdag 8 november 2016

‘Voltooid leven’, een verkeerd woord


Het is een term die je niet makkelijk loslaat, ‘voltooid leven’. Na de plotse inbreng van de regering vanuit het individualisme ten top, dat nu eindelijk ieder zou mogen beslissen of zijn of haar leven voltooid is, barstte de discussie los.
    Eerst vooral de voorstanders. Een wet, een regeling en goede begeleiders zouden de zelfbeschikking goed kunnen regelen. Het is toch ieders eigen leven?
    Nadat de link werd gelegd naar goede zorg voor ouderen, de invloed daarvan op het ervaren van zinvol leven en de mogelijkheden van de bestaande euthanasiewetgeving kwamen de ethische vragen in beeld. Juist ook mensen die veel met deze vragen te maken hebben roepen op voorzichtig te zijn met nieuwe wetten en protocollen. Onder meer leiden die tot nieuwe formele grenzen die weer nieuwe discussies oproepen. Is dat het allemaal waard en wel zo positief?

Minder besproken wordt nog het woord zelf, ‘voltooid leven’. Maar dit is wel een heel uitdagende term, een formulering met een appèl. Het roept ieder op na te denken hoe men zelf het leven nog ervaart. Het roept op zich hierover uit te spreken, ook als was men dat helemaal niet van plan. De velen die het hier misschien zelden of nooit over zouden willen hebben lijken zich nu een aantal vragen te moeten stellen.

Pas hoorde ik een ouder iemand zeggen: ‘Mijn leven is nog niet voltooid, ik krijg de volgende week nog bezoek!’
      Dat is geen grap, ‘het voltooide leven’ komt heel direct binnen. Het vraagt om een direct antwoord. En mocht dit ooit in een wet komen, met bijbehorende protocollen, dan liggen veel nieuwe concrete vragen voor de hand. Van en voor kinderen, kleinkinderen, familie, hulpverlening, mantelzorg, bij vragen over de kosten en de mogelijke kwaliteit van de zorg, enzovoorts. Wat moet de mens allemaal overdenken en aantonen om door te mogen gaan met het leven of hiermee te stoppen?

‘Voltooid leven’ Klaar, over? Moet ik dat nu weten? Kan ik dat? Of volgende week? Hoe kun je na zo’n formulering de nuances bewaren? Ethiek betreft afwegingen waarbij het zwaarste daadwerkelijk het zwaarst moet wegen. Wegen hier wel voldoende de belangen van de velen mee, die gewoon goede zorg tot het einde zouden willen hebben? Die tevreden zijn als ze goed behandeld en gerespecteerd worden?

Een woord, een formulering kan te uitdagend zijn, te sterk appelleren, schuldgevoel of een gevoel van onveiligheid oproepen bij de velen die hun antwoord helemaal niet zo goed kennen of kunnen zeggen. Heeft men nog het recht het niet te weten?
    Het is de vraag hoe de discussie inhoudelijk verder gaat. Zeker is wel dat het de kunst is het hele begrip ‘voltooid leven’ te schrappen en passender woorden te vinden. Dan zet je niet een grote groep mensen op het verkeerde been.