– Alles hoeft niet in één keer, politiek, tactisch noch bestuurlijk. Voor de kortere termijn een gemengde economie, daar is immers ook veel voor te zeggen: streng op het grote en soepel op het kleinere vlak. Mogelijk als oefening voor meer socialistische kracht en ontwikkeling. – (1)
Socialisten van het oude stempel zullen bij bovenstaand citaat hun wenkbrauwen fronsen. Hun idee is eerder: ‘We moeten de hele maatschappij revolutioneren en dat moet in één machtsgreep zijn grondslag krijgen, waarna vervolgens het hele socialisme concreet zal worden opgebouwd.’
Zo moet dat. Doe je het voor minder dan trap je weer in de hervormingsval van het reformisme, dat terugdeinst voor er structurele verandering is doorgevoerd.
Dat dit altijd zo is betwist ik in mijn boek ‘Actief socialisme en vrijheid’. Het verschil tussen een consequent socialistische koers en reformisme bestaat in de al dan niet openlijke koers op méér dan hervormingen in de zorg en een sociaal vangnet. De socialist staat de onteigening van kapitalistische monopolisten voor, en een sociale politieke macht in alle voorzieningen en bedrijven. Als je strijdt voor verbetering van collectieve voorzieningen kun je openlijk, hardop, vasthouden aan het uitgangspunt dat juist deze strijd een perspectief biedt voor nog verdere, structurele politieke verandering.
Daarbij kun je samenwerken met mensen die daar anders over denken maar jouw ‘keuze en analyse’ respecteren. Sociaal denkende mensen kunnen op veel terreinen goed samenwerken, de meer gematigden en de principiële socialist.
Kortom, het gaat er nog altijd om de wereld te veranderen. Dit is een socialistisch strategisch idee voor partij, vakbond en sociale overheden. Redelijk en doortastend.
Moet alles van boven, dus centraal worden aangestuurd als de socialist pleit voor goede sociale regulering waarbij de staats-instituties een rol kunnen of moeten spelen? Dat hoeft zeker niet, de vrij gekozen vormen kunnen enorm verschillen. Ze moeten passend, effectief, sociaal en democratisch zijn. Al zullen soms ook hierover wenkbrauwen worden gefronst, wanneer nieuwe, nog onbekende vormen van samenwerking en solidariteit worden bedacht.
Nieuwe generaties bedenken hun eigen vormen, maar zullen tegen onneembare barrières aanlopen wanneer het kapitaal oppermachtig blijft. Die barrières moeten dus worden geslecht, dat blijft een socialistische opgave, universeel.
De socialistische wereld is niet gelijk perfect, sterker nog, hoe groot de idealen ook zijn, totale perfectie is onzin. Paradijs op aarde bestaat niet, een leefbare, sociale, solidaire wereld met respect voor mens en natuur kan wél.
Kort gezegd, houdt koers maar ga in tussentijd niet afwachten, sta geen slappe politiek toe. Ideologische discussies horen erbij, maar niet om achterover te leunen.
De huidige wereld is complex en bedreigend. Het kapitaal, bedrijven, financiële conglomeraten, allerlei instituties, zij vormen een veelkoppig monster. Ze zijn groot, omvangrijk en machtig, tegelijk werkend in verhullende flexibele vormen. Haast onzichtbaar en toch aanwezig. Enorm rijke concerns beheersen vaak de productie terwijl ze hun kapitaal laten werken maar zich zelf niet vertonen. Het werk wordt uitbesteed aan moderne proletariërs die soms alles moeten aanpakken om flexibel mee te doen. Met steeds het risico van uitstoting, terug in het hok dat Karl Marx het arbeiders-reserveleger noemt, een bron van armoede en loondruk.
Tegelijk is de huidige wereld een communicatief dorp, maar wie beheerst die communicatie? De werker die produceert doet mee, kan hij anders? Werken voor een anonieme macht, die ook nog eens bepaalt of je morgen werk hebt. En behalve het grote financiële kapitaal spelen de grote ‘techbedrijven’ momenteel een prominente rol. Daar kunnen splitsing van eigendom, meer transparantie en zeggenschap, nationale democratische supervisie en lokale programmering zeker waardevol zijn.
Er hangt tegenweer in de lucht. Op verschillende manieren wordt een einde of minimaal een crisis voorspeld. Niet alleen als bijverschijnsel van de pandemie. Zo ontstaat verweer tegen de zogenaamde ‘surveillancekapitalisten’, die met hun macht de identiteit en het ‘privéleven’ van de mensen sterk mede zijn gaan bepalen. Er spelen ook diverse crisistheorieën, waarbij bijvoorbeeld een rol speelt dat ‘de mensen er niet meer in geloven’, zoals door de eenzijdige marktwerking met al haar ellende op het sociale vlak.
Vooral zijn de mensen overal de financiële machten zat. Veranderingen worden dan voorspeld, maar zijn er niet vanzelf. Sommigen zeggen dat het kapitalisme op zijn laatste benen loopt. Maar zelfs als dat zo is geldt dat een kat in het duister rare sprongen zal maken.
Onzekerheid leidt tot vluchten in populistische schijnoplossingen en verlies aan kracht van de vakbonden. Internationaal bezien is de moderne arbeider momenteel slecht georganiseerd en staan hun vakbonden in veel landen bloot aan repressie en verboden. Bovendien ontstaan als crisisverschijnsel ook duistere machten, fascistisch, racistisch, extreem nationalistisch of nog anders. Dat zijn machten om rekening mee te houden, extremen politiek bestrijden.
Het aanstaande einde van het kapitalisme wordt soms opgevoerd, maar vaker de val van het neoliberalisme. Is dat echter geen schijn? Is het ene niet precies hetzelfde als het andere? Als men praat over het neoliberalisme gaat het vaak over zorg en welzijn, of de hele collectieve sector. Maar een sector is nog steeds niet de hele maatschappij en het neoliberalisme is internationaal diep ideologisch geworteld. Het terugdraaien van de bezuinigingen en destructieve transities in de collectieve sector geeft de moderne mens nog steeds niet vanzelf beslissende zeggenschap over zijn voorzieningen, zijn stad of dorp, en zijn werk.
Bovendien is er nog een groot Zwaard van Damocles: hoever reikt de ramp van de klimaatcrisis en welke levensreddende verstrekkende maatregelen zijn wellicht nodig, en in welk maatschappelijk kader? Hoe ontstaat dat kader?
Dit hele verhaal kun je groot maken. De media staan er vandaag de dag vol van. Her en der ontstaan serieuze eerste pogingen de macht van de financiële sector en van de grote techbedrijven te breidelen. De dagelijks door het volk gebruikte techgiganten reguleren? Kan dat? In wiens belang? Vooral soms voor de autoritaire leider, zo lijkt het. Maar dat het kán, kan al een waardevolle ervaring betekenen, die nieuwe inzichten oplevert.
Verandering lijkt noodzakelijk, maar in welke richting? En dat is de reden dat bovenstaand citaat pleit voor een strategie en tactiek van opdelingen. Splits de grote brokken in kleinere beter behapbare, niet onaantastbare eenheden. Zodat sociale zeggenschap mogelijk en uitvoerbaar is. Splits ‘het’ op, maak het kleiner.
Kleiner, dat betekent ook makkelijker benoembaar. Eerst noemen, dan doen, op den duur meer veralgemenen. Makkelijker benoemen is vanuit democratisch politiek oogpunt essentieel. De wereld is voor heel veel mensen te complex geworden om ‘in één keer’ goed te begrijpen.
Dat speelt bijvoorbeeld in de klimaatcrisis. Mensen wijzen noodzakelijke vérstrekkende veranderingen af, wanneer ze de ernst van de problemen niet overzien. Kun je ze ongelijk geven?
Voorbeelden van een mogelijke aanpak in de richting van ‘behapbare brokken’? Te denken valt aan:
- De grote vermogens stevig belasten, à la de voorstellen van Thomas Piketty. Met als expliciete positieve keerzijde: groen investeren!
- De energiereuzen nationaliseren, opdelen tot groottes van een land of enkele landen, tot een begrijpelijke, te doorgronden schaal.
- Idem de techreuzen, de vliegtuigindustrie, etc.
- Geen enkele particuliere wapenindustrie meer toelaten.
- Alle bedrijfsactiviteiten toetsen op biodiversiteit en duurzaamheid in de brede zin van het woord. Die toets goed uitleggen, steeds weer.
- Aan de hand van bepaalde producten de wegwerp-productie aanpakken. Plastics alleen gebruiken waar geen alternatief bestaat en altijd verplichten het restant in te leveren.
- Het collectief maken van belangrijke productiemiddelen. Met een passende door de werkers zelf ontwikkelde variatie van werkomstandigheden in de bedrijven. Productie in eenheden die uitgaan van de menselijke maat, ook wat betreft zeggenschap, leiding en communicatie.
- Een toezichthoudende rol van een actieve sociale vakbeweging. Zeggenschap en controle op de arbeidsomstandigheden. Verkorting van de arbeidstijd over de hele linie. Die verkorting ook inzetten om alle klimaatdoelen en emancipatiedoelen sneller te kunnen halen.
- Regulering maar geen kadaverdiscipline. Betrokkenheid en onderhoud van de eigen leefomgeving.
- Gratis kunst, cultuur en permanente scholingsmogelijkheden voor iedereen.
- Dit alles in een veilige omgeving, straat en wijk, en in voorzieningen, zoals het onderwijs. Bovendien internationaal solidair, in woord en daad.
- Bij dit alles is democratie geen bijverschijnsel, maar een ware kern, een primaat, een gegrondvest uitgangspunt tegenover het kapitaal en de kapitalistische moraal. Versterking van grondrechten en de rechtsstaat vormen het uitgangspunt.
Als we zo doorgaan wordt deze blog onbedoeld een heel verkiezingsprogramma. Wel bedoeld is een niet overtrokken maar toch duidelijke beheerssysteem bereiken op een passend sociaal niveau. Een idee slechts, oké, de macht van de filosoof is gering. Maar nadenken is een goede socialistische houding.
Ook over dit idee. Verklein de dingen, splits ze op. Verklein ze om ze beter te leren kennen en beter te benutten, met meer regulering waar dat sociaal en efficiënt is. Het gaat om een principe dat tegelijk tactisch en positief kan werken tegenover een platvloerse massapolitiek, zoals populisten in Nederland en elders die laten zien. Zij surfen op de angsten van de hedendaagse burger.
Dit is een aanzet van een passend antwoord op het hedendaagse monopoliekapitaal. Een opmaat voor een socialistisch alternatief! Een poging grip te krijgen op de grote mondiale ontwikkelingen, die van veel mensen een soort cynische Calimero maakt. Dan hoor je zeggen: ‘Je kunt er toch niets aan doen, want ‘zij’ gaan toch wel hun gang!’ In plaats daarvan dus: Splits het op! Geef de mensen hun overzicht terug, dat handelen mogelijk maakt. Een beweging die vandaag al kan beginnen. Splits het op, maak het kleiner, maak het makkelijker beheersbaar en voer dan de nodige veranderingen door.
Zo moet een passende strategie mogelijk zijn in deze ingewikkelde wereld waarin alles met houtjes en touwtjes is verknoopt, waardoor mensen alle overzicht verliezen. Ideeën zijn er vaak genoeg over de moreel-politieke noodzaak de wereld te veranderen. Maar waar is het aangrijpingspunt in die grote wereld? Hoe krijg je vat? Vervreemding speelt op verschillende niveaus.
Splits het op, maak het kleiner. Maak van grote internationale concerns meerdere lokale gereguleerde productie-eenheden. Crisis: ‘Het wordt buigen of barsten voor het kapitaal’, wordt wel gezegd. Maar dat gaat niet zomaar en daarmee is de maatschappij nog niet verdwenen. Natuurlijk niet.
Als ‘dit hele plaatje’ zou worden uitgevoerd gaan bepaalde nagestreefde veranderingen misschien een stuk langzamer dan voorheen. Dat klinkt als een nadeel, maar kan een voordeel zijn. Want het beangstigende voor veel mensen vandaag de dag, is dat het allemaal veel te snel gaat. Met name ook door de ongebreidelde digitalisering. Niet meer bij te benen, dan zoeken sommigen naar (te) makkelijke oplossingen, soms de populistische, het schijnhouvast.
Dit is maatschappij-hervormend bedoeld, en toch meer dan reformistisch. Tel bij elke gewonnen stap vooruit niet alleen je zegeningen, maar denk ook al aan de volgende. Houdt de richting vast, de verdere democratisering en socialisering.
Een socialist is niet cynisch. De ware socialist helpt de wereld vooruit en stelt ‘de juiste’ prioriteiten, zoals die nu dringend nodig zijn ter beteugeling van de klimaat- en biodiversiteitscrisis, én van de uitwassen van het uitgedijde kapitaal.
(1) Bron; Jasper Schaaf, Actief socialisme en vrijheid, Pleidooi voor hechtere linkse samenwerking, Doorbreek de vanzelfsprekendheid, Damon, Eindhoven 2018, p. 135.
PS
Een dag nadat ik deze blog publiceerde stond in de kranten dat Woningcorporatie Vestia vanwege het derivatenschandaal in drie stukken gesplitst wordt. Dat past bij bovenstaand betoog. Doorgaan op een schaal die beter hanteerbaar en controleerbaar is.