vrijdag 10 januari 2020

Het vervolg na een brief van Robert Grimm aan Angelica Balabanoff, 13 december 1917


‘In Rusland zijn de dingen geweldig snel veranderd. Zal Lenin het kunnen houden? Ik kan het nauwelijks geloven. In ieder geval kan hij van geluk spreken als het hem lukt ten minste de wapenstilstand binnen te halen. Trouwens, de Bolsjewieken hebben wel bijgeleerd en nu dezelfde eisen aan de orde gesteld als wij toen gedaan hebben.’


Het laatste slaat ongetwijfeld op de resolutie van de revolutionaire, socialistische vredesconferentie die in Zimmerwald gehouden was van 5 september tot 8 september 1915.
    Het eerstgenoemde heeft vooral betrekking op de vredesonderhandelingen die leidden tot de vrede van Brest-Litowsk. Een vrede die tot veel discussie leidde vanwege de ingrijpende ongunstige voorwaarden waaraan Sovjet-Rusland moest voldoen.
    Maar de afgesproken lijn van Zimmerwald was inderdaad de vrede voorop te stellen en ondanks de moeilijke omstandigheden werd daaraan gewerkt. De revolutionaire socialisten verwachtten verdere revoluties in Europa, waarvoor eindelijk de vrede gunstige voorwaarden zou moeten creëren.
    In de resolutie van Zimmerwald stond eis: ‘De stelling voor de vrede moet worden aanvaard, voor een vrede zonder annexaties of schadeloosstellingen.’

De Zwitser Robert Grimm en Joods-Oekraïense Angelica Balabanoff waren centrale figuren in de organisatie van de Vredesconferentie van Zimmerwald, zowel tijdens de bijeenkomst als in het omvangrijke publicitaire vervolg ervan. Daaruit ontstond een basis voor een nieuwe Internationale, in feite voor wat de Komintern werd. Bij een conferentie als die van Zimmerwald blijven op den duur vaak de namen hangen van bekende voorlieden als Lenin, Trotski of voor Nederland Roland Holst. Maar de organisatie ervan in het door oorlog verscheurde Europa was zeer intensief en van doorslaggevende betekenis.
      In verlengde daarvan speelde de zeer actieve Grimm onder meer een rol bij het mogelijk maken van de reis van Lenin uit Zwitserland naar Rusland. En Balabanoff was buitengewoon actief als spreekster, vertaler en organisator in de periode van de eerste fase van de Komintern, zoals in het aanhalen en onderhouden van talloze contacten tussen de door de wereldoorlog in diaspora verdeelde revolutionair-socialisten.

Niet verrassend is dan ook dat vele documenten uitwijzen dat na de Zimmerwalder bijeenkomst zij druk bezig zijn de politieke slotresolutie zo snel mogelijk uit te zetten in heel Europa.
      Een fragment hierover uit de correspondentie tussen Grimm en Balabanoff: ‘Wanneer we het kunnen publiceren, weet ik nog niet. Henriëtte Roland Holst is naar Londen afgereisd. Ik verwacht haar telegram op z’n vroegst zaterdag. We kunnen de zaak dus pas in de loop van komende week publiceren. Ik houd je daarover op de hoogte.’

Zimmerwald wordt soms gezien als voorbereiding van de Russische Revolutie. Zimmerwald propageerde immers de lijn van socialistische klassenstrijd in plaats van de oorlog van de naties tegen elkaar.
      Maar het succes van de revolutie bleek geen onverdeeld genoegen. Zoals veel meer socialisten kreeg de altijd kritische Balabanoff in haar inzet voor de revolutie grote teleurstellingen te verwerken. De op verovering en behoud van de macht gerichte politiek van Wladimir Lenin leidde al snel tot willekeur en cynisme. Zo kreeg Balabanoff de opdrachten de Komintern te organiseren, maar stuitte op figuren als Grigori Zinovjev die al snel in een cynische machtspolitiek verviel en onder meer een ‘rode terreur’ verdedigde, waar Lenin niet of nauwelijks tegen optrad, deze zelfs bevorderde.
      Al vroeg waren er executies, om voorbeelden te stellen. Dit stond haaks op de politieke en morele verwachtingen van de meest actieve socialisten die de wereldoorlog doorstaan hadden en de strijd niet hadden opgegeven, zoals zoveel sociaaldemocraten wel hadden gedaan toen zij stemden voor de oorlogskredieten, de bewapening, of in angstig stilzwijgen vervielen.

Balabanoff lijdt onder de lijn van cynische machtspolitiek en probeert selectief te werken in de communistische partij en de Komintern, soms door spanningsvolle situaties uit de weg te gaan, althans dat te proberen.
      Henriëtte Roland Holst schrijft hierover als zij zelf voor een congres van de Komintern in Moskou is: ‘In de loop van het congres bezocht ik Angelica Balabanoff, die ziek lag in haar hotel. Ik bemerkte echter al spoedig, dat de eigenlijke grond van haar ziekte psychisch was: ook deze toegewijde strijdster had het vertrouwen in de leiding van de Komintern verloren; er was te veel gebeurd, dat achter de schermen moest blijven.’
    Hier schreef Balabanoff zelf ook over, hevig teleurgesteld in de ontwikkeling van de Russische Revolutie. Ze zat er middenin, werd keer op keer als spreekster gevraagd, maar voelde zich uiteindelijk in die rol misbruikt.
    Ze schrijft in haar Memoires ‘Rebel’ over de periode 1920-1924: ‘… en zo werd een ondergrondse machtsstrijd om de gunsten van Moskou, die zich ontwikkelde tot een web van intriges, de uiteindelijke essentie van de bolsjewistische propaganda in alle landen van de wereld. Men stemde niet meer vanuit een overtuiging, maar omdat men aanhanger was van de ene of de andere leider.’

In dat stadium al, stelde de revolutie velen teleur. En wat Balabanoff betreft niet de eerste de beste. Ze had leidinggevende functies, kon zo bij Lenin naar binnen lopen, maar voelde aan uiteindelijk vooral als uithangbord gebruikt te zijn. Ze is daarover scherp, maar te scherp? Balabanoff zat middenin het strijdtafereel. Daarin eigen visie en inzet te behouden en te verdedigen getuigt van moraal, van een autonome, revolutionair-socialistische denkkracht,
    Dat hierover veel discussie mogelijk is, is duidelijk, te meer omdat deze vroege geschiedenis van de Russische revolutie vaak slecht bekend is. En omdat een revolutie op zich het recht heeft, misschien zelfs de plicht, zich te verdedigen. Maar hoe? En omdat deze revolutie evident aan alle kanten door de halve wereld aangevochten werd, niet alleen door woorden, vooral door militaire interventies.
      Dan nog is een hoogstaande moraal te handhaven, op straffe de revolutie zo te ondermijnen dat ‘de macht’ zeker verloren zal gaan. Maar kan dat, en kan achteraf de rol die ieder speelt goed onderscheiden en verwoord worden?

Aan de bekendheid van de moedige strijd van revolutionaire socialisten midden in de wereldoorlog, over de vredesstrijd, over de kans de oorlog om te zetten in een socialistische ‘burgeroorlog’ ofwel een revolutie, draagt Balabanoffs visie bij.
    Het daarom verheugend dat haar memoires sinds korte tijd in het Nederlands vertaald zijn. Deze zijn in 2018 verschenen onder de titel ‘Rebel’. Interessant voor socialisten van wat voor pluimage dan ook. En voor ieder die van de geschiedenis wil leren.

Over memoires en (auto)biografieën is vaak wat te doen. Helemaal als ze ‘lang nadien’ geschreven zijn. Het zijn visies en belevingen achteraf verwoord, dus ook mede subjectief gekleurd. Anders gezegd, de subjectieve en objectieve factoren, inclusief fouten, spelen op verschillende niveaus mee. Inhoudelijk en in de manier van schrijven. En hoe dik de boeken ook zijn, compleet is het nooit.
      En hoe zit het met de hoor en wederhoor als er zoveel mensen meespelen in de beschrijvingen? Dat kan vaak niet goed. Balabanoff botst enorm met de opportunistische en cynische machtspolitiek van Zinovjev. Hij heeft Balabanoff echter niet overleefd, geëxecuteerd onder Stalin in 1936. En kon dus niets terugzeggen. Andere documenten en dergelijke moeten aantonen van wat waar, onwaar, enzovoorts is, en in welke mate.

Deze blog is een heel summiere greep, die de aandacht vestigt op Balabanoffs boek. En op de geschiedenis ná de inhoud van het citaat bovenaan. Het boek is waardevol, door de rijkdom aan beschreven gebeurtenissen en visies.
      Ook bij dit boek zijn wel kanttekeningen geplaatst. Hoe sterk is het geheugen en wat is de bijkleuring?
      Dergelijke vragen gelden voor alle egodocumenten, maar net zo goed voor bredere wetenschappelijke studies. Niet dat alles gerelativeerd moet worden, noch om goed te praten, maar wel om te begrijpen en ervan te leren. Leren kun je van dit boek in ieder geval dat – socialistisch of niet – revoluties nooit tot eenvoudige situaties leiden. Dat kon in 1917 niet, en nu nog minder. Een revolutie die niets meer doet dan ‘de macht’ overnemen, wat is dat, wat stelt die voor?
     Naar eenvoudige revoluties die alles oplossen kun je maar beter niet verlangen. Ze bestaan zelden of nooit. Ook niet als je volhoudt dat desondanks de wereld veranderd en structureel verbeterd moet worden.
      Maar ook niet vergeten: de herinneringen van Balabanoff brengen – naast minder fraaie types – een reeks van mensen voor het voetlicht die oprecht naar die betere wereld hebben gestreefd en nog altijd een voorbeeld kunnen zijn.
      Met de Balabanoffs in de voorste gelederen. Dát soort rebellen.




Boek, aanrader: Angelica Balabanoff, Rebel, Politieke herinneringen 1869-1938, Uit het Engels vertaald door Nils Buis. Met een nawoord van Elsbeth Etty, Uitgeverij Schokland, Kritische klassieken Nr. 15, De Bild 2018. Citaat op pag. 267.

Hier verder gebruikt:
- Henriëtte Roland Holst-van der Schalk, Het vuur brandde voort, Levensherinneringen, Privé Domein nr. 52, De Arbeiderspers, 4e druk, Amsterdam 1979, resp. pag. 250 (het citaat uit de resolutie) en p. 201.
- Horst Lademacher (Herausgeber), Die Zimmerwalder Bewegung, Protokolle und Korrespondenz, Deel II, Korrespondenz, Uitgeverij Mouton, The Hague, Paris, 1967. De twee citaten op resp. pp. 700 en 107.