vrijdag 16 maart 2018

Akkerland, vogels, filosofie en een saaie lezing?


Kort geleden bezocht ik een lezing van de voor mij altijd weer boeiende Ben Koks van de Werkgroep Grauwe Kiekendief. Met een vriend terugfietsend naar huis, zei hij dat iemand na afloop had opgemerkt dat het maar een saaie lezing was. Zou dat waar zijn? Ik heb het zelf niet gehoord. En zou mijn weergave hieronder een beetje kloppen? Ik was niet van plan nu hierover te schrijven en heb dus niets genoteerd. Hoe betrouwbaar is het geheugen? Maar de vraag alleen al of de voor mij boeiende lezing saai gevonden zou kunnen worden triggert. Dus ik vul een antwoord in.
    En voor dit al te deskundig klinkt: kijk op de website http://werkgroepgrauwekiekendief.nl/ als je wilt controleren wat er echt klopt. Niet alleen interessant voor de vogelaar, zeker ook voor wie zich filosofisch op de toekomst wil richten en zo nu en dan even met wat hard realisme wil worden geconfronteerd.

Het verhaal was misschien volgens een enkeling saai omdat er maar betrekkelijk weinig vogelfoto’s werden getoond. Natuurlijk heel wat fraaie kiekendieven en twee prachtige geelgorzen die je volgens de spreker in de buurt van Veendam zó kunt waarnemen. En trouwens, dat klopt, ik zie ze daar ook wel. Maar verder was het vooral een pleidooi voor Agrarisch Natuurbeheer.
      De lezing ging over akkerbouw, de aanleg van Vogelakkers met nieuwe (oude) gewassen, het laten liggen van klonten klei om de veldmuizen een kans te geven en daarmee dus de vogels, en nog veel meer. Die Vogelakkers zijn een slim idee van een akker met stroken luzerne (gebruikt als veevoer) en daarnaast stroken gras, kruiden en granen. Wisselend gemaaid en daarmee ideaal voor muizen, kiekendieven en veldleeuweriken. Het gaat dan eigenlijk over een nieuwe, andere landbouw, een revolutie, het afschaffen van het oude. En ook nog over de noodzaak kritisch te blijven, zoals over de risico’s enthousiast het verkeerde te kunnen doen. Wat te denken van bloemrijke akkerranden, goed voor de bijen, terwijl daar mogelijk een massa pesticiden in de grond zit die weer in de planten terechtkomt?
    Ja, je komt dan misschien voor de vogels, fraaie foto’s, de actuele onderzoeksmethoden, de routes van de vogeltrek, het verblijf van de trekvogel in Afrika en alles wat hier verder bij hoort, en krijgt dan een hele beschouwing over de Nederlandse landbouw. Maar toch, de spreker gaf keer op keer aan dat het hele systeem, de structuur anders moet. En dat vind ik nu juist spannend, interessant en zeker van groot belang. Ecologie gaat immers over de samenhang van alle bestaande leven?

Het doet me denken aan mijn hobby Marx. Karl Marx formuleerde in zijn filosofie de zogeheten basis-bovenbouw-these. In ’t kort komt die erop neer dat sociaaleconomische verschijnselen van grote invloed zijn op de vormen van culturele, juridische, politieke en andere maatschappelijke zaken. Het gaat hierbij in principe om een dynamische wisselwerking tussen verschijnselen, waarbij een basis van een goed lopende economie, die onder meer voedsel en andere producten verschaft, onontbeerlijk is. Verandert de economie, dan verandert de maatschappij. Denk bijvoorbeeld aan de financiële crisis kortgeleden, en denk dan aan de gevolgen ervan, zoals aan de bezuinigingen met veel grote effecten op de zorg voor kwetsbare mensen. De crisis leidt noodzakelijk tot veranderingen, al hadden dat welbeschouwd ook heel andere kunnen zijn.
    Deze basis-bovenbouw-these is een model, een theoretisch hulpmiddel, dat onverlet laat dat wanneer je naar een concreet verschijnsel kijkt, je nauwkeurig onderzoek moet doen. Maar al te vaak echter maakte men van dit model een karikatuur, alsof de hele wereld klakkeloos reageert op de economie, en een bovenbouwverschijnsel – bijvoorbeeld de staat – geen invloed zou uitoefenen. En ja, zo’n karikatuur is inderdaad saai, niet uitdagend en bij elke toepassing al gauw ontoereikend of helemaal onjuist.

Is het gek, deze vergelijking? Heeft alle leven geen materiële veelvormige basis nodig om te overleven? De spreker over de vogels, de kiekendieven, de geelgorzen, de blauwborsten en natuurlijk onze grutto’s, zegt niets anders dan dat inderdaad een revolutie nodig is in de landbouw, omdat het te laat is voor enkele bijsturende kleine ingrepen en heel veel ‘wild’ leven van de landbouw afhankelijk is. Dat is dus basaal, en als je dat weet zegt dat veel over wat er moet gebeuren.
      Het is niet saai, het is de uitdaging van deze tijd een grote hersteloperatie, ondersteund door lef en goed onderzoek, aan te durven. Als je zó naar structuren kijkt en naar de concrete uitwerking in de verschillende historische landschapstypes die ons land (en België) rijk is, dan zijn ‘spannend’ en ‘noodzakelijk’ twee kanten van dezelfde medaille.




Website Werkgroep Grauwe Kiekendief: http://werkgroepgrauwekiekendief.nl/








Geelgors die ik op de fiets in de buurt van – inderdaad! – Veendam tegenkwam in 2013