zaterdag 5 december 2020

Waarom dat pleidooi voor hechtere linkse samenwerking? De redenering

 
In mijn boek ‘Actief socialisme en vrijheid – Pleidooi voor hechtere linkse samenwerking’ leg ik flink de nadruk op dat laatste: Samenwerking, ‘Werkers aller landen, verenig je.’
      Zonder dat duidelijk wordt gemaakt dat men het boek goed heeft gelezen, kom ik soms interpretaties tegen die mijn redenering én conclusie geen recht doen.
      Ten eerste denkt men soms dat hetzelfde bedoeld wordt als wat zo vaak in de krant heeft gestaan: dat de linkse partijen in Nederland moeten fuseren, in elkaar op moeten gaan. Ten tweede dat ik me vooral of enkel en alleen op de raads- en parlementsverkiezingen richt.
    Beide bedoel ik niet. Mijn redenering is anders. Bovendien is het goed deze redenering die de conclusie van ‘samenwerking’ onderbouwt nog eens kort samenvattend weer te geven. Voor verdere toelichting leze men het boek.
      Onder goede samenwerking van ‘links’ versta ik meer creativiteit dan alleen maar kijken naar de politieke verhoudingen in het parlement of de linkse Kamerzetels te tellen.

Hieronder de redenering (en aannames) die begint bij de politieke situatie en loopt via vier vragen.
1 – Wat is momenteel de voornaamste politieke opgave?
2 – Heeft ‘links’ voldoende macht deze opgave te vervullen?
3 – Wordt het gesignaleerde gemis om aan de opgave te voldoen voldoende en effectief bereflecteerd?
4 – Wat nu te doen?

1 – Er is één groot en oneindig veelomvattend vraagstuk dat opgelost moet worden. Deel één ervan is het grote klimaat- en biodiversiteitsvraagstuk. Deel twee ervan is het lokale en mondiale vraagstuk van de toenemende en grote sociale, materiële en democratische ongelijkheid tussen klassen, mensen, bevolkingsgroepen en regio’s. Dit zijn geen ‘losse’ vraagstukken, maar complexen van politieke en morele vraagstukken in één ontwikkelings-samenhang.
    Wat men doet met het ene (deel) vraagstuk raakt altijd het andere, daarom is er één samenhangende politiek noodzakelijk, om de aarde en het sociale leven te redden op een ‘acceptabel’ of hoger niveau van leven en samenleven. Alleen een politiek die men realistisch links of progressief noemt is momenteel in staat deze uitdaging reëel tot een oplossing te brengen.

2 – Geen van de linkse partijen, groeperingen of personen heeft nu voldoende macht deze vragen tot een goed einde te brengen. Dat moet helder en hardop onder ogen worden gezien. Een grondige, dus radicale reflectie is vereist. Was het in de geschiedenis niet zó: massa vormt macht? Is dat nu in essentie anders? Dat is zeer de vraag. Wat betekent dit? Moeten 'kleinere machten' niet meer gebundeld worden?

3 – Maar wat is de situatie? Sociale machtsvorming moet voorop staan, terwijl in de praktijk de verdeeldheid overheerst. In handelen en denken.
      Bovenstaande ‘grote opdracht’ wordt niet – of zeker niet voldoende – onder ogen gezien. Er is nog te weinig algemeen gedeelde reflectie op dit grote probleem. Ook al brengen met name natuur- en milieuorganisaties meer dan voldoende informatie aan. Het individualisme is ook bij links veel te dominant aanwezig. Een wirwar van meninkjes, geen eenheid, en dat nog verder verergerd door de overmatige invloed van ‘sociale media’.
      Er is wel een vaag appèl op de achtergrond, dat opleeft bij verkiezingen, tot samenwerking. Maar die stelt weinig voor. Daardoor komen de echte inhoudelijke items van links over radicale democratie, klimaat, sterke solidaire belangenstrijd bij sociale ongelijkheid en een revolutionair sociaal perspectief op politiek niveau te weinig aan bod.
      Het accent ligt vaak op ‘rechts’ (min of meer) bestrijden, maar versnipperd, aan de hand van deelpunten. De lokale, parlementaire en (vele) andere kansen samen te denken, scholen, reflecteren, te werken, en te bouwen, blijven liggen. Als dat mist komt dat neer op een gemis van de kenmerken van een echte sociale ingrijpende beweging.
    Moet ‘alles’ dan in elkaar ‘opgaan’? Neen, in de eerste plaats moet men van elkaar leren, samen strijden en samenwerken. Dat is een radicaal ander accent dan de oude gewoonte andere linkse groepen voor de zoveelste keer de maat te nemen. Lastig natuurlijk, maar waar een (politieke) wil is, is een weg!
      Of omgekeerd, neem elkaar gerust hardop de maat, maar leer daar dan van in een beweging van sociale opbouw, die hetzelfde nastreeft in verschillende variëteiten. Radicale principes verkwanseld? Werk aan het tegendeel, raap ze weer op, breng ze tot leven op alle mogelijke geografische niveaus.
      Weer meer geloven in eigen kracht. Meer inzicht in het bereiken van een grote sociale democratische macht. En verschillen naast die te bespreken, ook gewoon van elkaar accepteren. Ook het verschil moet tot kracht, tot een kans wordt omgevormd. Centraal en decentraal (lokaal).
      Partijen en bewegingen. Uitdragen dat uiteindelijk dezelfde thema’s spelen, die ieder raken, waar en wie je ook bent. Thema’s dus met betrekking tot sociale gerechtigheid, de biodiversiteit en de vrede, ofwel de essenties van het leven en de aarde.

4 – In een reële samenwerking kunnen partijen en groeperingen de eenheid smeden en een grotere en groeiende macht vormen. Samenwerken van gematigd tot en met revolutionair links. Partijen, groepen en bewegingen van realistisch progressieve, sociaaldemokratische, socialistische, communistische of anarchistische (enzovoorts) huize.
      Alleen samen kan de noodzakelijke macht gebundeld worden om de strijd om grote vraagstukken op te lossen succesvol aan te gaan. Samenwerking door de verschillende groepen die men gewoonlijk als ‘gematigd’ benoemt of juist als ‘radicaal’, met alles wat daar tussenin zit, mits geweldloos.
      Waarbij ‘geweldloos’ ook de positieve vorm aan kan nemen van pacifisme, gericht op het formuleren en uitvoeren van een actieve, politiek offensieve vredespolitiek die past bij de huidige complexe zeer risicovolle verhoudingen. Inclusief een realistisch zicht op de nieuwste (bio)technologische en sociaal-communicatieve ontwikkelingen en bijbehorende veiligheidsvraagstukken.
    Verschillende ideologisch progressieve groepen kunnen elkaar scholen, samen acties voeren en lokaal samenwerken, waarin tegelijk een hoger reflectieniveau en scholing op politieke vraagstukken kan worden bereikt. Terwijl ieder de eigen politieke identiteit kan behouden of bij kan stellen.
      Verschillende ideeën en principes? Het is nu eenmaal zo dat er verschillend wordt gedacht. Wat is daar mis mee? Verval niet in de verkeerde prioriteit die eerst alle (ideologische) denken wil vervangen. Dat was vooral een naïeve idealistische en individualistische houding. Direct willen overtuigen op standpunten is zelden de snelste weg naar eenheid en verandering. Goed samenwerken kan alleen wanneer het doel het bovengenoemde grote politieke vraagstuk blijft en niet het doel wordt elkaar te bekeren. Historisch gezien was men er vaak op uit elkaar te overtuigen vanaf de eigen grondslagen en dat is – als doel – meestal een kansloze missie gebleken. Daar moeten de socialistische groeperingen ver voorbij zien te komen, samen met anderen!

Tot zover de kort samengevatte redenering, waar mijn boek op uitloopt. De kern is de huidige gebrekkige machtsvorming te erkennen en daarop te acteren. Elk punt kan veel discussie oproepen, maar ook verhelderend zijn.
      Zo denkt men bij ‘socialistisch links’ wel eens dat milde, gematigde standpunten leiden tot minder resoluut gedrag, minder strijdbaarheid. In het verzet in de 2e W.O. bleek daarentegen dat mensen met milde standpunten vaak de meest consequente verzetsstrijders waren, die hun leven in de waagschaal stelden.
    Zo denkt men vanuit een ‘socialistisch gematigd visie’ wel eens dat radicale standpunten direct onjuist, risicovol of gewelddadig zijn, terwijl pittig debat en het grondig doordenken naar de wortels – de vooronderstellingen van de eigen politieke richting – heel waardevol kan zijn. Dat laatste zeker in een wereld waarin korte-twitter-meningen de boventoon zijn gaan voeren bij belangrijke politieke vragen.
    Bij gezamenlijk optreden en scholingen kunnen mensen van mening en richting veranderen. Een soort verandering bij ‘noodzakelijk toeval’. Dat is prima. Elkaar per se op deelvragen willen overtuigen helpt daarentegen meestal heel weinig en leidt makkelijk tot versplintering. Ego’s die alle richtingen op stuiven hebben zich vaak genoeg vertoond in de socialistische bewegingen, partijen en vakbonden.
      De versplintering van links, op tal van terreinen, moet worden opgeheven. Ten gunste van politiek die een grote sociale en democratische macht vormt voor de alle mensen, de wereld, het klimaat, de biodiversiteit en de vrede.
      Bij de grote politieke en levensvragen betekent ‘apart’ het verlies van veel sociale energie. Dát in te zien vormt de (radicale) drijfveer en onderbouwing van het boek.
    De machtsfactor? Voor sommigen een vervelend, onvriendelijk thema. Maar zonder een groeiende sociale zelfs revolutionaire macht zijn de maatschappelijke en natuurlijke risico’s veel te groot. De macht mondiaal democratisch maken is inderdaad een revolutie, de voorwaarde om de grote problemen van deze ene, samenhangende wereld op te lossen. In actie en reflectie.



Boek: Jasper Schaaf, Actief socialisme en vrijheid, Pleidooi voor hechtere linkse samenwerking, Doorbreek de vanzelfsprekendheid, Uitgeverij Damon, Eindhoven 2018, ISBN 978 94 6340 142 5

Te koop bij: De boekhandel (even bestellen), Uitgeverij Damon (zie de website van Damon), of bij Jasper Schaaf, bestellen met een mailtje naar JasperSchaaf@gmail.com.