maandag 8 juli 2019

Portugal en een pleidooi voor langzaam socialisme


Heb je ooit een serieus socialistisch pleidooi gehoord om het met het socialisme maar wat rustig aan te doen? Ik wil daar graag voor pleiten.
      In mijn boek ‘Actief socialisme en vrijheid’  wijs ik op de gevaren van cynisme en corruptie in de politiek. En hangen die vaak niet samen overhaast handelen, opgeklopte en onhaalbare beloftes en daarbij nog de sterke behoefte alles in één keer te veranderen? Het gaat dan om een houding die keer op keer tot falen leidt, tot verlies van macht en aanzien, en niet zelden eindigt in terreur als voorbode van een reactionaire terugval met een jarenlange nasleep.

Zou een samenwerking niet zó realistisch kunnen worden opgezet dat je weet en uitlegt of zelfs ‘bewijst’ dat de noodzakelijke sociale verandering hard en langdurig werken betekent? Realistisch en eerlijk, de zachte en harde krachten bundelen, het niet mooier voordoen dan het is? Socialisten en socialisme zouden zeer gebaat zijn bij een langzame, maar duurzame politiek, hoe urgent alle spelende kwesties ook mogen zijn. Overspeel je hand niet.

In De Groene Amsterdammer van 6 juni jl. komt de Portugese socioloog Boaventura de Sousa Santos uitgebreid aan het woord. Na heel Europa besproken te hebben komt hij bij Portugal uit, met enkele zeer leerzame opmerkingen.
      Hij wijst op de Portugese ‘geringonça’, een scheldwoord van rechts dat veranderde in een linkse geuzennaam. De Portugese samenwerkende socialisten maakten wat in de politieke discussie misschien eerst ‘een onbegrijpelijk zooitje’ leek tot een stabiele sociale politiek. In Portugal werken socialisten, communisten en het Bloco de Esquerda hieraan al een aantal jaren samen. Zonder opgeklopte verhalen, maar wel gericht tegen de neoliberale lijn van de kapitalistische trojka, het economisch beleid van de Europese Unie.

De Sousa Santos over de oprichters van het Links Blok: ‘Ze zeiden: we gaan de privatiseringen stoppen, houden de verlagingen van de lonen en de pensioenen tegen, en we gaan langzaam een sociaal beleid opbouwen. Ofwel, het tegenovergestelde van het neoliberale recept van de trojka.’
    ‘Langzaam een beleid opbouwen.’ Revolutionair bezien klinkt het als een verspreking. Maar misschien wel de beste die er is. Is samenwerken en een antikapitalistisch beleid uitvoeren geen kwestie van langere adem en moet je niet dáárop mobiliseren, eerder dan alleen maar op de klachten van vandaag de dag?

Het bundelen van sociale krachten, ook aan de basis in discussies en scholingen, zal veel oproepen. Veel meer dan alleen maar aanduiden waar de verschillen in visies tussen deze en gene bestaan. Dergelijke debatten kunnen vruchtbaar zijn, een rem op een cynische afloop.
      Portugal is wat dat betreft een aangenaam en lichtend voorbeeld. Helaas een schaars voorbeeld, dus daarom des te belangrijker.

In Portugal zie je op straat openlijk de tekenen van links, van de Socialistische Partij, de PCP en het Links Blok. Gewoon de muurschilderingen en de borden langs de wegen. Wat in Nederland ongewoon lijkt is daar heel gewoon, de uitingsvormen van de politiek zichtbaar houden, ook buiten verkiezingstijd. Het is goed achter die tekenen te kijken. Actief socialisme vereist een pleidooi om hechter samen te werken, en vervolgens de daadwerkelijke uitvoering ervan. Ook als het langzaam gaat.
      Het is misschien ongebruikelijk, maar kan een verademing zijn in een tijd waar elk nieuw politiek item in de media onmiddellijk geframed wordt tot het belangrijkste politieke onderwerp van de dag, waarbij de strijd voor echte sociale verbetering en tegen ongelijkheid keer op keer wordt verdoezeld.

Langzaam socialisme, er is moed voor nodig, nou en ...? En is langzaam socialisme niet té gematigd? Snelheid en grote verwachtingen garanderen geen resultaat, en zeggen uiteindelijk dus heel weinig over matiging of werkelijke radicalisering. Beter stap voor stap naar een betere sociale en duurzame wereld dan steeds weer terugval.
      En verliezen verschillende partijen hun identiteit niet als ze samenwerken en onderling discussies aangaan? Daar is op zich geen reden toe en ze bouwen er ook hun organisatie mee op.

Resteert de paradoxale vraag: ‘Is er wel tijd voor langzaamheid?’ Niet altijd, de samenwerking en de discussies dwingen ongetwijfeld een temporeel verschil af bij verschillende kwesties. Dat hoeft niet verkeerd te zijn en zal soms onvermijdelijk zijn. Maar nog geen reden het er maar bij te laten. Langzaam vooruit, je moet maar durven.