woensdag 13 september 2017
De SP over klimaat en kapitaal
‘Spanning’ is het onregelmatig verschijnende tijdschrift van het wetenschappelijk bureau van de SP. ‘Spanning’ is doorgaans heel lezenswaardig en een goede basis voor verdere discussie binnen en buiten de partij.
Vreemd eigenlijk dat het blad daarvoor niet zoveel wordt gebruikt. Wat is er nu makkelijker dan zo’n uitgave te gebruiken voor thema- en discussieavonden, met leden, anderen en andere organisaties. Maar misschien gebeurt dat ook wel en weet ik dat simpelweg niet.
Hoera, nieuw nummer uit, wat vinden we ervan en wat doen we er verder mee?
In juni verscheen een nummer over ‘Klimaat en kapitaal’. Prima stukken over de opwarming van de aarde, CO2 emissies, het Verdrag van Parijs, de urgentie snel actie te ondernemen, de tegenwerking van een concern als Shell, de samenwerking met anderen, in dit geval het beleid en de acties van Milieudefensie, het verslechterend klimaat als boosdoener in de toename van de sociale ongelijkheid, acties in het buitenland, enzovoorts. Meer dan genoeg voor een aantal debatavonden en nieuwe politieke en actie-initiatieven.
En niet te vergeten aparte artikelen over de tegenstelling tussen kapitaal en klimaat, met prima stukken van Eduard van Scheltinga en hoogleraar sociologie Bram Büscher uit Wageningen.
Büscher legt klip en klaar uit dat er een moeilijk maar onontkoombaar scenario ligt te wachten: ‘Om echt iets aan klimaatverandering te doen moeten we de bron van het probleem aanpakken: economische groei, of beter, de accumulatie van kapitaal. Uiteindelijk betekent dit het overkomen van het kapitalisme.’
‘Het hoge woord is eruit’, kun je zeggen. Helder stellen dat het kapitalistische stelsel het probleem is, en dat ondanks alle kleinere acties en overwinningen, het economische stelsel en de machtsfactoren daarbinnen opgeheven moeten worden. Je weet het wel, maar hoe vaak wordt dit nog hardop gezegd? Is dit socialistisch? Ja, so what …?
Maar wat dan te doen? Begrijpelijk dat Büscher ook zegt dat een andere economie ‘verder uitgewerkt moet worden.’ Maar toch, zijn de ingrediënten niet al bekend? Met Marx en Engels kun je zeggen dat ‘de proletariërs’, zoals de volksmassa’s die de gevolgen van verslechtering van hun leefwereld ondergaan, zich moeten verenigen. En ten tweede dat dit in alle landen moet.
En ten derde blijkt uit het stuk van Milieudefensie in het nummer van ‘Spanning’ dat ook milieuorganisaties weten dat een goed klimaatbeleid een sociaal beleid moet zijn. Niet alleen om de wenselijkheid ervan, maar als fundamentele voorwaarde voor een echt betere wereld en sociale samenleving. Een wereld waarin egoïstisch winstbejag een effectief klimaatbeleid niet langer blokkeert.
Is dit vaag? Dat hoeft het niet te zijn. Eendracht maakt macht. Partijen, vakbonden, milieu-, vredes-, en mensenrechtenorganisaties, tal van groepen met lokale initiatieven, laten die elkaar steeds opzoeken en op de tal van gemeenschappelijke punten die er zijn samenwerken en steun bieden. Structureel, net zo structureel als het systeem dat je aan wilt pakken. Buiten en binnen het parlement, in eigen land en ver daarbuiten.
Of is dit te simpel? Het is ook een kwestie van gewoon doen, koudwatervrees overwinnen en elkaar heel veel informeren. Natuurlijk gebeurt dit voor een deel al wel, en waarschijnlijk zelfs beter dan een paar jaar geleden. Maar een stuk als dat van Büscher – en de andere – laten ook zien dat er veel meer aangrijpingspunten zijn voor gezamenlijkheid en solidariteit. Discussie én doen.