maandag 11 juni 2012

Hoepel

Wanneer je je met toeval inlaat, is er veel te zien. Zo luidt ongeveer mijn principe als ik lopend of op de fiets de natuur in trek. Soms vraagt iemand, ‘Waar ga je naar toe?’ ‘Zie ik nog wel.’ Niet dat de opties onbekend zijn, maar het hangt wel van wind, stemming en tij af welke kant me trekt. Dan is overal wel wat te zien. Het gaat niet altijd op, bijvoorbeeld niet bij een geplande natuurexcursie. Maar ook dan, de vogels en de vogelaars, de mosjes en ander gewas, er komt van alles voorbij.

Pas op tv in ‘Vroege Vogels’  liet Midas Dekkers zien dat je een hoepel moet gooien en waar die terecht komt de natuur kunt bestuderen. Als je goed kijkt op die toevallige plek is vaak veel aardigs te ontdekken.
Dat is het precies. Zo’n hoepel is een kader en daarbinnen ben je nog lang niet klaar. De hoepel is een concentratie. De gooi lijkt een toeval, al kun je je dat nog afvragen. Binnen de hoepel valt al gauw iets op en spelen tal van verbanden. Die kun je verder bekijken, bestuderen zelfs.

Aan de hoepel moest ik terugdenken, toen ik kort erna een gesprek had met een goede kennis over levensbeschouwing en religie. Zelf bevalt het boeddhistische ‘hier en nu’ me wel. Het hier en nu is al groot genoeg. Door dit met een echte of denkbeeldige hoepel te bepalen kun je al te grote vragen loslaten. Van die vragen die mensen eerder verwarren dan dat ze wat oplossen. Binnen de hoepel blijven genoeg vragen en verwondering over.

Als je eenmaal de hoepel van het hier en nu wat beter kent, kun je vervolgens deze gerust een stuk groter maken en betrokken zijn op andere mensen, de omgeving en zo nodig zelfs de politiek. Je waarnemen en denken goed bepalen hoeft niet te leiden tot afsluiten van wat daarbuiten ligt. Je kunt meerdere spellen spelen met de hoepel.

De Russische schrijver Daniil Charms (1905-1942), die in zijn absurde en onder Stalin beslist niet gewaardeerde verhalen heel wat toeval laat zien en verstopt, meende: ‘Echte belangstelling is het belangrijkste in het leven. Een mens zonder belangstelling voor wat dan ook gaat snel ten onder.’
Kijken naar de wereld, de natuur en het leven. Is er een handiger hulpmiddel voor je belangstelling dan een echte of denkbeeldige hoepel? Een blikverruimende begrenzing.




Bron van het citaat: Daniil Charms, Alle mensen houden van geld, Pegasus, Amsterdam 1990, p. 70.
Wil je het hoepelfragment in ‘Vroege Vogels’ zien, klik hier