donderdag 11 augustus 2016

Het event versus het museum (sprankelende vaagheid)


In de filosofie en periodieken op dat vlak wordt tegenwoordig nogal hoog opgegeven van ‘het event’. De verandering, de gebeurtenis, het spraakmakende onverwachte, er wordt van alles onder verstaan, mits het maar niet een welomschreven, bedoelde en zelfs verwachte gebeurtenis is. Geen revolutie meer ter emancipatie, maar gewoon wachten op een grote verandering.
      Het gebrek aan invulling spreekt daarbij een woordje mee, waarbij het gaat om het stuurloze van de moderne burger. Hij gelooft nergens meer in, want dat is ouderwets, zo heet het. Al roept het afwachten bij heel wat mensen ook angst op. Die willen eigenlijk toch liever een zeker bestaan en geen praatjes.

Deze sprankelende vaagheid speelt ook op het kleinere vlak. Afgelopen weken zijn er op stedelijk, regionaal en landelijk niveau de diverse adviezen van de Kunstraden gegeven. Hoe de drastisch ingekrompen cultuursubsidies nog te verdelen? Opmerkelijk is dat nogal eens de festivals, ofwel het event, meer geld krijgen, en de wat zwaardere kost, ooit bedoeld om waarden te bevorderen en het volk te verheffen, er berooid van af komt. Hele theatergezelschappen – hoe vernieuwend ze gisteren nog werden genoemd – lijken te mogen worden opgedoekt. Als het feestje waarmee de bestuurder zich profileert maar door mag gaan.
      Landelijk, regionaal en in stad en dorp openbaart dit fenomeen zich. Feesten en festivals, al zouden we ermee ten onder gaan, so what? Het is een schijndemocratie, want ieder mag het event bevolken, maar het is in feite een grauwe koek. Althans dat beleid, de wankele argumentaties, niet eens zo zeer de feestjes zelf, want de muziek en vooral de vrijwilligers maken er meestal echt wel iets moois of zelfs verrassends van.

Moet het museum nog subsidie? Een deel ervan is nu eenmaal in bezit van de overheden, dus die worden wel bediend, zolang ze niet van de hand kunnen worden gedaan. Maar de rest? En de visie?
      Neem Groningen. Er zijn nog wel musea, maar genoeg? Maakt de stad het verschil met een dorpspolitiek waar? Het zwaar bekostigde Groninger Forum komt er echt wel, daar zit te veel gemeentelijk geld om te stoppen, als dat al een goed idee zou zijn.
      Maar Groningen heeft de afgelopen jaren diverse musea gesloten zien worden, soms kleine maar unieke. Wie weet nog dat Groningen tot voor kort een Volkenkundig Museum, een Natuurmuseum, de Tabacologisch Museum en een Anatomisch Museum kende? Vrij kleine musea misschien, maar de aanwezigheid van verrassende musea maakt een stad levendig en aantrekkelijk.

Dan hebben we gelukkig nog wel het Grafisch Museum. Hoe lang nog? Het dreigt zijn subsidie te missen, want de wethouder vindt het geen museum meer, maar ook geen event.
      Dit museum heeft zich sterk vernieuwd, zich omgedoopt tot GRID, heeft zich op een nieuwe locatie gevestigd en heeft mooie nieuwe activiteiten. En ja hoor, zo klinkt de vraag al door, is dit wel event genoeg? De wethouder wil de subsidie stopzetten, met wat flutargumenten. Tegen het advies van de Kunstraad in. Met dank voor alle inspanning? Het museum is nu zo actief dat hij het geen museum meer wil noemen. Is dat een reden een subsidie te stoppen? Noem het dan een event! Dat kan toch makkelijk?
      Maar neen, Swingin’ Groningen, om een voorbeeld te noemen, is volgens het D66-beleid eerder een event. Nu is dat zeker zo, al jaren door vrijwilligers op touw gezet en nog leuk ook. Maar bij het negatief advies hierover van de Kunstraad denkt de wethouder, ‘Maar dan mis ik de feestvreugde van het volk, laat ik liever me daar populair maken.’ Een feestje, makkelijk beleid.

Het event is gekaapt, het is een invuloefening voor willekeur, gemak en vluchten voor de laatste regels argumentatie. Feestjes en festivals prima natuurlijk, maar het land ziet veel te veel cultuur naar de knoppen gaan.
      Is het volk hier blij mee? Dat blijkt nergens uit, de diepe onvrede van veel mensen laat zich niet met wat events wegpoetsen. Misschien lijkt het even zo, maar dat duurt niet lang.